Trumps afstraffing van de Palestijnen treft de meest kwetsbaren
De financiële afstraffing van de Palestijnen door president Trump wordt ook gevoeld door de meest kwetsbaren: kankerpatiënten uit de Palestijnse gebieden. Hun behandeling loopt ernstig gevaar.
Donderslagen klinken op de achtergrond. Boven de Judese woestijn, waarop Walid Nammour vanuit zijn kantoor zicht heeft, hangt een zware onweersbui. We zijn op de derde verdieping van het Augusta Victoria-ziekenhuis in de Arabische wijk A-Tur in Oost-Jeruzalem.
Nammour is naast ziekenhuisdirecteur ook secretaris van het netwerk van ziekenhuizen in Oost-Jeruzalem. Elk aangesloten ziekenhuis heeft zijn specialisatie. Voor cardiologie moeten Palestijnen naar het ene ziekenhuis, voor oogheelkunde of gynaecologie naar het andere. „De zes centra vormen de ruggengraat van de Palestijnse gezondheidszorg”, zegt hij.
Nammours hospitaal was ruim honderd jaar geleden het initiatief van de Duitse keizerin Augusta Victoria. Het is gespecialiseerd in de behandeling van kanker- en nierpatiënten en telt 135 bedden. Verder huurt het ziekenhuis 160 hotelkamers in Jeruzalem, bedoeld voor patiënten die voor een dagbehandeling komen en hun begeleiders. Doorgaans zijn het patiënten die een chemotherapie volgen. Van de patiënten komt 91 procent uit de Westelijke Jordaanoever en de Gazastrook. De overigen wonen in Oost-Jeruzalem. Israëlische zorgverzekeraars betalen de behandeling van Palestijnse inwoners van Jeruzalem.
Vier personeelsleden houden zich bezig met de aanvraag van reisvergunningen voor patiënten en personeelsleden, want de Palestijnen op de Westoever en in de Gazastrook mogen niet zomaar naar Jeruzalem reizen. Nammour zegt dat vorig jaar 62 procent van de patiënten uit Gaza daarvoor toestemming kreeg. „In Gaza is er nauwelijks een mogelijkheid om voor kanker behandeld te worden; de 38 procent die niet mocht komen wacht doorgaans een vroegtijdige dood.”
De samenwerking tussen de Israëlische ziekenhuizen is uitstekend. „We zijn het met elkaar erover eens dat we maar één vijand hebben”, zegt Nammour, „en dat is ziekte.”
Inmiddels is er een veelkoppige vijand bijgekomen: financiële problemen.
Vorig jaar trok de Amerikaanse president Donald Trump de jaarlijkse subsidie van 25 miljoen dollar voor de zes ziekenhuizen in. Het was één van de strafmaatregelen die de Amerikaanse president nam om de Palestijnse Autoriteit onder druk te zetten. Die beloont nog steeds terroristen en toont weinig enthousiasme voor Trumps vredesplannen.
De Amerikaanse subsidie betrof een vierde deel van het budget. Nu die bijdrage is weggevallen komen de ziekenhuizen steeds dieper in het rood te staan bij banken en leveranciers van goederen en diensten. „De bodem is bijna bereikt, ook al springt de Lutherse wereldfederatie bij en zijn er plaatselijk enkele sponsors – maar het is allemaal niet genoeg.”
Nammour heeft geen goed woord over voor de maatregel van de Amerikaanse president. „We geven pas weer geld als de Palestijnse Autoriteit aan de onderhandelingstafel komt”, liet Trump weten. „Onmenselijk en volstrekt onaanvaardbaar”, vindt Nammour. „Het gezondheidssysteem kan er compleet door instorten en dat zal niet alleen Palestijnen treffen, ook Israëlische patiënten. Israëlische ziekenhuizen zijn immers nu al overbelast.”