Experts: Rutte niet per se vleugellam in nieuwe Senaat
Het kabinet hoeft niet meteen te wanhopen als de coalitie eind mei haar meerderheid in de Eerste Kamer kwijtraakt.
Dat betogen de politicologen Louwerse en Otjes op grond van onderzoek dat ze deden naar het stemgedrag van oppositiepartijen in de Senaat.
Sinds de start van dit kabinet stemde de Eerste Kamer over 298 wetten, waarvan er 294 afkomstig waren van het kabinet. Deze 294 wetten kregen royale steun.
Boven aan de lijst staan GroenLinks, de PvdA, de SGP en de Onafhankelijke Senaatsfractie. Deze partijen stemden in met meer dan 95 procent van de wetten. De SP en 50PLUS steunden 90 procent. Hekkensluiters zijn de Partij voor de Vrijheid en de Partij voor de Dieren met ongeveer 80 procent steun.
Het hoge percentage steun voor wetgeving van het kabinet in de Eerste Kamer is volgens de onderzoekers geen historische uitzondering, maar past in een historische trend. Zo werden tussen 1998 en begin 2019 ongeveer vijf op de zes wetten in de Senaat met algemene stemmen aangenomen.
Wel houden ze een slag om de arm. De regeringswetten die GroenLinks en de PvdA de afgelopen periode steunden, betroffen vaak politiek minder gevoelige onderwerpen waarvoor toch al een meerderheid was. Conclusie: „Als ze straks nodig zijn voor een meerderheid zal hun steun waarschijnlijk niet gratis zijn. Dat schept extra moeilijkheden voor het kabinet.”