De speech vormde het hoogtepunt en de afsluiting van de Democratische conventie, die de afgelopen vier dagen in de thuisbasis van Kerry werd gehouden. Met de toespraak hoopte Kerry ook de vele twijfelende kiezers over de streep te trekken.

Partijfunctionarissen bestempelden de rede, waaraan weken is gesleuteld, als de belangrijkste van zijn leven. Omdat de toespraak overal in de VS op televisie was te zien, kon Kerry zich voor het eerst aan het grote publiek als hèt alternatief voor Bush verkopen.

In de speech onder het motto Sterker Thuis, Gerespecteerd In De Wereld beloofde Kerry het vertrouwen en de geloofwaardigheid in het Witte Huis te herstellen. De senator uit Boston zei ervoor te willen zorgen dat iedereen weer trots op Amerika kan zijn.

Kerry bestempelde de komende verkiezingen als de belangrijkste „van ons leven." Hij stelde dat er veel op het spel staat, verwijzend naar de wereldwijde strijd tegen het terrorisme. „Ik verdedigde dit land als jonge man, en ik zal het verdedigen als president", verzekerde hij zijn gehoor.

Met de zin „Ik ben John Kerry en ik meld me aan voor de dienst" begon de presidentskandidaat zijn toespraak. Hij vertelde over zijn levensloop en noemde zijn moeder de steun en toeverlaat van de familie: „Zij liet me zien dat we de mars naar volledige gelijkheid voor alle vrouwen in de Verenigde Staten kunnen en moeten voltooien".

In zijn rede tot de conventie hamerde hij verder op de noodzaak van een ander internationaal beleid. Hij wil de buitenlandse relaties verbeteren, die onder meer door Irak deels verstoord raakten.

Kerry kondigde aan dat hij als president een „aloude Amerikaanse traditie" in ere zal herstellen: „De Verenigde Staten voeren nooit oorlog omdat we dat willen, maar alleen omdat we dat moeten". Kerry uitte daarmee kritiek op president Bush, die in zijn ogen op valse gronden ten strijde is getrokken tegen Irak.

De Democraat tekende echter wel aan dat hij nooit zal aarzelen om geweld te gebruiken, mocht dat noodzakelijk zijn. Hij sloot eenzijdige stappen niet uit: „Ik zal geen enkel land of instelling ooit een veto geven over onze nationale veiligheid".