Kritiek op ‘mysterieuze’ Eurogroep
De Eurogroep is nog altijd niet goed af te rekenen terwijl de beslissingen van deze „informele regering van de eurozone” de levens van miljoenen mensen beïnvloeden. De manier waarop het overleg is opgezet maakt goede controle onmogelijk. De ministers van Financiën van de negentien eurolanden moeten wel rekenschap afleggen in hun nationale parlementen, maar deze vorm van toezicht schiet ernstig tekort.
Anticorruptiewaakhond Transparency International (TI) schrijft dat in het rapport ‘Vanishing Act’ (Verdwijntruc). De „mysterieuze” Eurogroep zou een officiële EU-instantie moeten worden, evenals het permanente noodfonds ESM dat onder controle staat van de groep. Een nationale minister die de groep parttime voorzit zou „onvermijdelijk” leiden tot belangenconflicten.
Dat de voorzitter van de Eurogroep, tegenwoordig de Portugees Mario Centeno, geregeld (vrijwillig) vragen beantwoordt in het Europees Parlement is onvoldoende om verantwoording af te leggen, aldus TI. Het voorzitterschap zou een fulltimebaan moeten worden en veel meer onder democratisch toezicht moeten komen van nationale parlementen en de Europese volksvertegenwoordiging, is een van de aanbevelingen. Het EU-parlement zou medezeggenschap moeten krijgen.
De Eurogroep kan nationale begrotingen verwerpen, boetes opleggen, economisch beleid voorschrijven en voorwaarden stellen voor steun aan landen in crisis, zoals gebeurde bij Griekenland en andere landen. Volgens TI zijn alleen Frankrijk en Duitsland in staat alle informatie te behappen en nemen andere landen besluiten zonder overzicht en afdoende parlementaire controle.
De vorige voorzitter, Jeroen Dijsselbloem, heeft wel pogingen ondernomen de transparantie van de Eurogroep te verhogen, maar veel blijft nog buiten het zicht. De ministers vinden het volgens TI wel prettig zich achter ‘Brussel’ te kunnen verschuilen.