RvS twijfelt over straf verblijf terreurgebied
De Raad van State is kritisch over het voorstel van het kabinet om opzettelijk verblijf in terroristisch gebied strafbaar te stellen. Het belangrijkste adviesorgaan van de regering twijfelt aan de noodzaak van het voorstel en vindt dat het moet worden heroverwogen.
Wie zonder toestemming van het ministerie van Justitie en Veiligheid welbewust verblijft in een gebied dat onder controle staat van een terroristische beweging kan straks maximaal een jaar cel krijgen. Iemand die terugkeert uit een dergelijk gebied kan een gevaar vormen voor de Nederlandse samenleving, meent het kabinet. Het voorstel is donderdag naar de Tweede Kamer gestuurd en was al in het regeerakkoord aangekondigd.
De noodzaak van het voorstel is volgens de Raad van State niet aangetoond. Ook wijst het adviesorgaan erop dat er eerder een dergelijk wetsvoorstel is gedaan, maar dat dat toen niet is doorgezet. De bestaande wetgeving bleek voldoende om uitreizigers en terugkeerders uit Syrië en Irak te vervolgen. Ook bleek het lastig om aan te tonen dat mensen opzettelijk in een terroristisch gebied zijn geweest. Het nieuwe voorstel lost dat probleem niet op, oordeelt de Raad van State.
Volgens minister Ferd Grapperhaus blijft er een behoefte aan de maatregel. Zo kunnen er elders in de wereld haarden van terrorisme ontstaan die een „aanzuigende kracht” hebben op Nederlanders. Bovendien heeft ervaring met Syrië en Irak volgens hem aangetoond dat het een tijd duurt voordat het Openbaar Ministerie een goed beeld van de situatie ter plaatse heeft en mensen succesvol kan vervolgen voor betrokkenheid bij terrorisme . „Mocht dat nog niet het geval zijn dan biedt de voorgestelde strafbaarstelling uitkomst”, aldus de minister.