Verdeeldheid na een jaar Sharon
Twaalf maanden nadat Israël zich verenigde achter Ariel Sharon is de verdeeldheid terug in het land
Op het drukke kruispunt voor de residentie van de Israëlische premier Sharon draait een demonstrerende kolonist mee op het ritme van de stoplichten. Op zijn groene baseballcap staat een uzi afgebeeld en in zijn handen houdt hij een groot kartonnen bord dat oproept „de Arabische bezetters” te verwijderen van de Westelijke Jordaanoever en Gaza.
De van origine Amerikaanse demonstrant is zeker niet alleen op het kruispunt. Op het met tulpen beplante pleintje houdt een groep in het zwart geklede Israëli’s zwijgend al even zwarte borden omhoog. „Stop de bezetting!” is de opdracht die zij aan passanten mee willen geven. Naast hen scandeert een groepje extreem rechtse jongeren: „Geen Arabieren, ook geen aanslagen.”
En rabbijnen signaleren via een poster dat het toelaten van „Arabieren” tot Israëlische steden en huizen als goedkope arbeidskrachten levensgevaarlijk is; ofwel ze brengen zichzelf tot ontploffing, ofwel ze vergaren informatie voor hun al even kwaadgezinde vrienden en familieleden. Is dat het allemaal waard om voor weinig geld je huis door Fatima schoon te laten poetsen?
Van de Israëli’s is volgens een krantenpeiling vrijdag 56 procent ontevreden over het functioneren van de premier, terwijl vlak na de verkiezingen 75 procent zich nog schaarde achter de nieuwe regering. Zelfs vorige maand was nog 68 procent tevreden over het handelen van Sharon. Maar dat was voordat de situatie onbeheersbaar uit de hand leek te lopen.
Niet iedereen is echter op dezelfde wijze ontevreden met de prestaties van ”Arik”. Links, lange tijd murw geslagen door het uitbreken van de intifada en de prestaties van de eigen premier Barak, is wakker geschud door alle oorlogszuchtige taal en daden en wil een scheiding van de Palestijnen - al dan niet gepaard met onderhandelingen.
Enkele honderden soldaten hebben zich inmiddels aangesloten bij een beweging die oproept geen dienst te doen in de bezette gebieden, terwijl Vrede Nu drie weken geleden een nieuwe campagne begon tot terugtrekking uit de Westoever en de strook van Gaza. Ongeveer 15.000 demonstranten meldden zich in Tel Aviv en vorige week nog eens 3000 in Jeruzalem. Het zijn ongekende aantallen voor de beweging, die vorig jaar zelden meer dan enkele tientallen activisten op de been kreeg voor protesten.
Rechts daarentegen is van mening dat Sharon veel harder op moet treden. De enige manier om een einde te maken aan de bloedige reeks aanslagen is volgens deze groep de verdrijving van Yasser Arafat en de Palestijnse Autoriteit -al dan niet vergezeld van de voltallige Palestijnse bevolking- uit wat in hun jargon Groot Israël wordt genoemd.
Na iedere zelfmoordactie verzamelen de rechtse demonstranten zich op de plaats van de explosie met spandoeken en kloek klinkende leuzen, en bij iedere belangrijke kabinetsvergadering marcheren de kolonisten en hun steunbetuigers naar het kantoor van de premier om hun ideeën luid kenbaar te maken.
Israël lijkt radeloos. Inwoners mijden en masse de straat uit angst voor aanslagen. Reservisten zijn geschokt door het gemak waarmee Palestijnen de laatste paar weken militaire controleposten hebben aangevallen en hun collega-soldaten konden afschieten als konijnen in een knollenveld. En een recente toespraak van Sharon om de bevolking te troosten en verbroedering teweeg te brengen kwam zo onbeholpen en knullig over dat bij niemand het gevoel van paniek werd weggenomen.
Als altijd in Israël weet iedereen precies wat er moet gebeuren om de problemen op te lossen. En als altijd in Israël staan alle meningen lijnrecht tegenover elkaar. Het enige waarover iedereen het eens lijkt te zijn is dat de oplossing niet wordt gebracht met de methode-Sharon.