Den Haag maakt convenant vreugdevuren Scheveningen toch openbaar
De gemeente Den Haag heeft toch het convenant openbaar gemaakt dat gemeente, politie en brandweer hebben gesloten met de bouwers van de vreugdevuren in Scheveningen. Die liepen in de nieuwjaarsnacht uit de hand.
In het convenant uit 2016, dat de NOS dinsdagavond publiceerde, staat onder meer dat de houtstapels op het strand maximaal 35 meter hoog mogen zijn. De organisatoren moesten een eventuele overschrijding verwijderen en afvoeren. Het vreugdevuur in Scheveningen was 13 meter te hoog. Volgens het convenant kon het „niet naleven van de afspraken” leiden tot het „niet doorgaan, dan wel beëindigen van het vuur.” De gemeente greep echter niet in.
Burgemeester Pauline Krikke wilde het convenant met de bouwers in eerste instantie niet openbaar maken. Ze deed dat nu alsnog na overleg met de ondertekenaars.
Ook de Onderzoeksraad voor Veiligheid, die onderzoek doet naar de vreugdevuren, had geen bezwaar tegen publicatie.
Krikke gaf op oudjaarsdag persoonlijk toestemming voor het ontsteken van de vuren, ondanks het niet nakomen van de afspraken door de bouwers. Wel besloot Krikke de veiligheidszones rond de stapels uit te breiden. Het vreugdevuur resulteerde in een enorme vonkenregen en kleine brandjes in Scheveningen.
Bij de gemeente Den Haag zijn inmiddels ruim 120 schademeldingen binnengekomen als gevolg van de vonkenregen, meldt Omroep West. Diverse daken en dakgoten zijn recent gerepareerd.
Onverantwoord
Uit een reconstructie van Omroep West blijkt dat de vorige burgemeester, Van Aartsen, de groei van de houtstapels morrend toestond. In 2015 schreef hij de stapel van 20 meter hoogte „als enorm” te beschouwen en in 2016 als „onverantwoord” en „onacceptabel.” Desondanks groeiden de stapels in Scheveningen en Duindorp jaarlijks in hoogte. In 2014 en 2017 vielen de stapels al brandend om.