HHJO-jongerendag: Echt dienen is naast de ander staan
Puntzakjes popcorn, bekertjes koffie en jonge mensen. Op de jaarlijkse jongerendag van de Hersteld Hervormde Jongerenorganisatie (HHJO) in Hoevelaken waren ze zaterdag in talrijke mate aanwezig.
Dienen gaat niet zozeer over je handen of je hoofd, stelde jeugdwerkadviseur Steven Middelkoop in het openingswoord. „Het gaat erom dat je tegen God zegt: „Heere, hier ben ik helemaal, om wat U heeft verdiend.” Het boeit me niet zo wat je allemaal voor de Heere gedaan hebt, maar het gaat erom of je met je zondelast naar Hem bent toegegaan.”
In het appelwoord haakte ds. A. Kos aan op de opmerking van Middelkoop, aan de hand van de tekst uit Markus 10 waarin staat dat Christus niet is gekomen om gediend te worden, maar om te dienen. „Hoe meer je probeert de zaligheid te verdienen, hoe meer je erachter komt dat de afstand tussen jou en God enorm groot is. Maar zó wil Hij je juist hebben; als iemand die geen weg meer weet met zijn hart.”
Liefde
Om te leren dienen moeten we naar het voorbeeld van Christus kijken, stelde de predikant uit Middelharnis. „Hij ging de hel in voor helwaardigen. Dat is een heel bevrijdende gedachte: Hij heeft alles al gedaan, je hoeft er zelf niets meer mee te verdienen.”
Met die verdienste is Jezus wel de bron van ons dienen, zei ds. Kos. „Dan leer je dienen uit liefde voor Hem en voor je naaste.”
Ed van Hell, directeur van Stichting Ontmoeting, ging in een vraaggesprek in op hoe dienen in de praktijk vorm krijgt. „Elke echte christen is als het goed is een spiegel waarin mensen Christus kunnen zien.”
Na een korte pauze gingen de jongeren in verschillende groepen uiteen. Er waren twaalf verschillende workshops, die allemaal een andere kant van het thema belichtten. Zo ging een groepje onder leiding van ds. F. van Binsbergen in een Bijbelstudie dieper in op het thema dienen. Ook was er een groep die met elkaar een muziekstuk in ging studeren, dat aan het eind van de avond werd uitgevoerd.
In het restaurant vertelde Sjaak Breen, die binnenkort met zijn gezin naar Suriname vertrekt om daar zendingwerk te gaan doen, over wat dienen in de zending precies inhoudt. „Zending betekent niet altijd dat je uit Nederland moet vertrekken. Er is ook in ons land veel te doen, denk alleen al aan de vluchtelingen.”
God geeft geen gedetailleerde wegenkaart voor de weg die zendingswerkers moeten gaan, stelde Breen. „Het is meer een kompas, een richting. Je moet soms ook biddend opties proberen.”
De Indiase zendeling Kumar benadrukte dat er mensen nodig zijn om in zijn land over het Evangelie te komen vertellen. „Er zijn zo veel mensen die nog tot bomen bidden, of tot stenen, alsof die antwoord kunnen geven. Mensen sterven zonder Christus te kennen.”
Voormalig commando –nu predikant– ds. K. den Boer (Sirjansland) vertelde in zijn workshop over zijn vormende tijd in het leger. „Eigenlijk zou iedereen zo’n tijd mee moeten maken. Je leert er voor elkaar zorgen. Als je op jezelf gericht bent, red je het niet.”
De lessen uit het leger zijn in ieders leven toe te passen, benadrukte hij. „Je moet in de praktijk van wat je doet een lichtend licht zijn, en mensen zo op Christus wijzen.”