Statushouder logeert in Nederlands gastgezin
Zij is een oer-Hollandse vrouw, hij een gevluchte Syriër. Bha (22) woonde drie maanden bij Marja (56) in huis. Zodat hij in alle rust op het toewijzen van zijn eigen woning kon wachten. En zich alvast kon onderdompelen in de Nederlandse cultuur.
De levens van Marja Hamhuis uit het Overijsselse Dedemsvaart en Bha Alsabag uit Syrië kruisen elkaar begin december 2017. „Na het overlijden van mijn man, drie jaar daarvoor, vroeg ik me af hoe ik verder wilde. Het leek me heel mooi om me voor een vluchteling in te zetten”, vertelt de moeder van vier kinderen en oma van vier kleinkinderen naast de knisperende houtkachel in haar woonkamer. Ze ontdekt Takecarebnb via een artikel in het Nederlands Dagblad. De stichting die statushouders, asielzoekers met een verblijfsvergunning, aan een Nederlands gastgezin koppelt, trekt haar aan. Ze maakt begin 2017 een profiel aan op de site van de organisatie en wacht af.
Bha is dan nog op de vlucht vanuit Syrië. Hij komt na een tocht van een halfjaar via Libanon en Turkije uiteindelijk in Nederland terecht. „Het was een moeilijke reis”, vertelt hij in verrassend goed Nederlands. „Ik zat negen dagen in een vrachtwagen, die me naar Nederland bracht. Ik wist niks toen ik hier aankwam. In het Engels vroeg ik waar ik heen moest. Mensen die ik tegenkwam, hebben me toen naar het azc in Ter Apel gestuurd.”
Proef
Na haar onlineaanmelding bij Takecarebnb moet Marja maanden wachten voor zich een kandidaat aandient. Eind november appt een medewerker of ze nog voor de opvang van een statushouder openstaat. „Het antwoord was ja. Ik vond het best spannend, maar had er vertrouwen in dat het goed zou komen.”
Bha logeert eerst een weekend op proef in de vrijstaande woning van Marja. Takecarebnb stelt een dergelijk weekend verplicht, zodat zowel gastgezin als statushouder kan inschatten of de match geslaagd is. „Dat was voor mij best spannend”, vertelt Bha. „Ik kon bijna nog geen Nederlands.” Marja weerlegt dat direct. „Je sprak al best wat Nederlandse woorden, in het azc had je veel geleerd. Verder praatten we soms in het Engels met elkaar.”
Na het weekend zijn ze het er allebei over eens: er is een klik. Op 15 december gaat Bha bij Marja wonen. Hij krijgt een eigen kamer en draait mee in haar huishouden. „Ik moest behoorlijk wennen”, vertelt Bha. „Alles was anders. Het was erg spannend voor mij.”
Marja is lid van de christelijke gereformeerde kerk in Dedemsvaart. Tijdens de logeerperiode gaat Bha geregeld met Marja mee naar de kerk. Hij behoort tot de druzen, een religieuze groepering die vooral in Syrië, Libanon, Israël en Jordanië voorkomt. Goed omgaan met de naaste en respect voor elkaar zijn kernwaarden.
„God heeft ervoor gezorgd dat ik bij Marja in huis ben gekomen”, vertelt Bha. „Zonder Hem kan ik niks doen. Mijn geloof zit in mijn hart, God is altijd dicht bij mij.” Volgens Marja komen de geloofsbeleving van Bha en die van haar behoorlijk overeen. „Bha’s geloof heeft er mijn ogen voor geopend dat God veel groter is dan wij Hem kunnen bedenken.”
In januari, een paar weken nadat de logeerregeling van start is gegaan, heeft Bha een fikse griep te pakken. „Je was behoorlijk ziek”, herinnert Marja zich. „Je kon het licht in je ogen amper verdragen. Ik stond aan je bed en vroeg je: Hoe gaat het? Het antwoord was: Goed. Terwijl ik zag dat het niet zo was.”
Volgens Marja tekent dit voorbeeld de verschillen die er zijn tussen de Nederlandse en de Syrische cultuur. Bha veert op. „Weet je waarom ik dan toch goed zeg, Marja? Als ik niet goed zeg, word jij daar niet blij van.” „Hij wil mij niet teleurstellen”, lacht Marja. In Syrië is dit een normale manier van communiceren, legt Bha uit. „Als ik daar ziek was, zei ik ook tegen mijn moeder dat het prima ging. Ook al was dat niet zo. Ik wilde niet dat mijn moeder zich zorgen zou maken.”
Souvenir
Het cultuurverschil is niet het enige dat echt contact in het begin lastig maakt. Ook de taal zorgt voor een barrière. „Je kunt niet zo gemakkelijk elkaars leven peilen”, blikt Marja terug. Daarom leert ze Bha spelenderwijs Nederlands. „In de omgang pik je een taal veel sneller op dan van een computerscherm. Als ik in de keuken aan het werk was, vroeg Bha me bijvoorbeeld naar de namen van de spullen waar ik mee bezig was.” Bha: „Ik heb nog steeds de papiertjes waarop jij mijn allereerste Nederlandse woorden schreef. Een souvenirtje van Marja.”
Zijn Nederlands is volgens Marja minstens zo goed als dat van zijn broer, die al twee jaar langer in Nederland woont. Ze zijn beiden erg gemotiveerd om de taal goed te leren. Ook een neef van Bha is gevlucht en woont in Nederland. De rest van Bha’s familie –beide ouders, een jonger zusje van veertien en drie oudere zussen die zelf ook al een gezin hebben– liet Bha noodgedwongen achter in de provincie as-Suwayda, in het zuiden van Syrië. „Ik vind dat erg moeilijk”, vertelt Bha. „Het is voor hen voorlopig niet mogelijk ook naar Nederland te komen. De weg is gevaarlijk. Gelukkig kan ik hen bellen. Dat doe ik vaak. Meer dan dat kan ik niet doen.”
De afstand werd pijnlijk duidelijk toen er twee maanden geleden veertig mensen om het leven kwamen tijdens een aanslag van IS, 5 kilometer van het ouderlijk huis van Bha. „Ik maakte me veel zorgen om mijn familie. Nu is het gelukkig rustiger.”
Toch is Bha blij dat hij nu in Nederland woont. „Ik moest eerst wennen. Alles is hier anders. Ik mis mijn familie. Maar ik moet sterk zijn en mijn toekomst weer opbouwen.” „Je hebt een goede basis gehad in Syrië, in een hecht gezin”, vult Marja aan. „Het is natuurlijk wreed als dat uit elkaar gehaald wordt, maar je opvoeding biedt wel goede perspectieven voor de toekomst.”
Geloof
De keuze om haar huis open te stellen voor een statushouder heeft Marja „in geloof” gemaakt. „Na het overlijden van mijn man ervoer ik dat God voor me zorgde. Ik was daar heel dankbaar voor. Op een gegeven moment besefte ik dat mijn ruime huis en grote tuin eigenlijk te mooi zijn voor mij alleen. Ik wilde het graag delen.” Takecarebnb bleek precies bij haar wens aan te sluiten.
Haar omgeving reageerde overwegend positief. „Het meest zat ik in over mijn kinderen en kleinkinderen. Zij zouden er moeite mee kunnen hebben dat er een vreemde in het ouderlijk huis kwam wonen. Toch had ik sterk het idee dat ik dit moest doen. Ik zie het als een roeping.”
Eén keer twijfelde ze echt. „Het was vorig jaar met Pinksteren en ik had me net officieel opgegeven. De kinderen zouden op bezoek komen. Ik zat erover in wat ze van mijn aanmelding zouden denken. Toen las ik in de Bijbel Psalm 87, over de Filistijn, de Tyriër en de Moren. Ik realiseerde me dat het voor God niet uitmaakt in wat voor land iemand woont en waar iemand vandaan komt. Alle mensen zijn voor Hem belangrijk. Toen had ik er vrede mee.”
Drie maanden na de start van de logeerperiode kreeg Bha de sleutel van zijn eigen huis, een appartement in Wezep. Het contact met Marja bleef: ze appen minstens drie keer per week en Bha komt nog geregeld aanwaaien. „Marja is voor mij als een tweede moeder.” Hij is nu bezig met een schakeljaar om het gat tussen zijn Syrische diploma en het Nederlandse hbo te overbruggen. Zodat hij zich helemaal kan storten op zijn jongensdroom: tandarts worden.
Of Marja nog eens haar deuren opent voor een statushouder? „Ik sta nog steeds ingeschreven bij Takecarebnb. Er kan dus elke dag een nieuwe aanvraag komen.”
Sneller een netwerk dankzij Nederlands gastgezin
Een tripje via de populaire boekingssite Airbnb naar New York bracht de Amsterdamse Reinout de Kraker op een idee: statushouders onderbrengen in gastgezinnen, net zoals de toerist bij de gastheer verblijft. Takecarebnb was geboren. Volgens de huidige directeur van de jonge onderneming, Berend Jonker (50), is het concept een uitkomst om statushouders op te vangen in Nederland. „Sinds de oprichting in 2015 hebben we 171 matches gemaakt.”
De aanpak is eenvoudig: Nederlanders die hun huis voor een statushouder willen openstellen, kunnen zich via de website van Takecarebnb aanmelden. Omgekeerd geldt hetzelfde voor de statushouder. Een matchmaker houdt de twee groepen in de gaten en probeert mensen aan elkaar te koppelen. Een gezamenlijk gesprek met gastgezin en statushouder en een logeerweekend moeten vervolgens uitwijzen of de koppeling inderdaad geslaagd is.
„Voor die tijd komt de persoon die zijn huis wil openstellen langs voor een intakegesprek”, vertelt Jonker. „We vragen dan naar de motivatie om mee te doen en kijken of de persoon mentaal sterk genoeg is voor de logeerperiode. Als iemand psychische problemen heeft, raden we af om mee te doen.”
Tot nu toe hebben Jonker en zijn team van twintig vrijwilligers vooral positieve reacties ontvangen. „Meestal klikt het tussen het gastgezin en de statushouder. Het is een intense ervaring om een periode in iemands huis te logeren. In het azc is er weinig privacy. Statushouders kunnen in het gastgezin een paar weken echt uitrusten. De logeerperiode leidt geregeld tot jarenlange vriendschappen. Soms komen de statushouders, als ze eenmaal een huis voor zichzelf hebben, nog wekelijks eten.”
Takecarebnb probeert het gastgezin te vinden in de gemeente waar de statushouder een woning toegewezen krijgt. „Daar kunnen ze dan een netwerk opbouwen. Ze ontmoeten buren, familie en vrienden van de persoon bij wie ze logeren. Daarnaast leren ze de taal en de gewoonten in Nederland kennen. Dat helpt hen als ze eenmaal op zichzelf wonen.”
Wat als de match tijdens de logeerperiode toch niet zo geslaagd blijkt? „Onze matchmakers blijven contact houden met gast en gastgezin. Als het niet goed gaat, kan de statushouder altijd terug naar het asielzoekerscentrum of naar een ander gastgezin.” Sinds zijn aantreden als directeur in februari heeft Jonker dit één keer meegemaakt.
Gastgezinnen zijn er in alle soorten en maten: gepensioneerden van wie de kinderen het huis uit zijn, jonge mensen met kleine kinderen en gezinnen waar de kinderen het voortouw nemen. „Er melden zich veel kerkelijke mensen aan. Zij staan vanuit hun geloof wellicht eerder voor het ontvangen van statushouders open.”
In de afgelopen drie jaar is Takecarebnb langzaam gegroeid tot een kleine ngo, een van de overheid losstaande organisatie voor maatschappelijk belang.
Gastgezin voor een vluchteling
In de hoofden van het Apeldoornse echtpaar Jurrien en Janet ten Brinke ontstaat in de zomervakantie van 2015 ook het idee om vluchtelingen in contact te brengen met Nederlandse vrijwilligers. Hun initiatief ”Gastgezin voor een vluchteling” is erop gericht vluchtelingen gastvrij te onthalen en tijd voor hen vrij te maken. Het concept werd al snel landelijk bekend.
In de beginfase was de aandacht overweldigend. „Vrijwilligers zaten een paar maanden continu mails en vragen te beantwoorden”, aldus Ten Brinke. Hij schat dat tussen de dertig en de vijftig mensen een vluchteling in huis hebben genomen. Een deel van de geïnteresseerden werd doorverwezen naar Takecarebnb. Inmiddels is de aanwas van deelnemers opgedroogd, vertelt Ten Brinke. „We richten ons nu op het inspireren van mensen via onze Facebookgroep. Die heeft 30.000 volgers.”