Politiek

Hoe stabiel is D66 zonder Pechtold? „Je krijgt altijd frictie”

Blijft D66 zonder partijleider Pechtold een stabiele coalitiepartner? Ja, zeggen Mark Rutte en D66-onderwijsminister Van Engelshoven. Dat moet wensdenken zijn.

8 October 2018 12:24Gewijzigd op 16 November 2020 14:18
Alexander Pechtold. beeld ANP, Lex van Lieshout
Alexander Pechtold. beeld ANP, Lex van Lieshout

Partijleiders met gezag, daar houden premiers en vicepremiers wel van. Toen CDA en VVD in 2003 probeerden een kabinet met draagvlak samen te stellen, wilde VVD-lijsttrekker Gerrit Zalm de mogelijkheid van coalitiesamenwerking met ChristenUnie en SGP per se openhouden. In zijn eigen fractie lag dat moeilijk, maar Zalm had een argument. Na alle turbulentie van het kabinet-Balkenende I was Nederland in zijn ogen dringend toe aan een stabiele regering. Én, schreef hij in 2009 in zijn memoires, in deze twee christelijke partijen hebben de voormannen tenminste nog gezag.

Het liep allemaal anders. CDA en VVD kozen voor D66. In die partij gooide politiek leider Boris Dittrich het bijltje erbij neer nadat het kabinet het land ruim twee jaar had bestuurd. Dittrichs opvolger, Lousewies van der Laan, moest D66 weer kleur geven. Zij had als boegbeeld echter veel minder overwicht en de afloop is bekend: mede door haar profileringsdrang kwam Balkenende II alsnog ten val.

Een opvolger van Alexander Pechtold, die zaterdag zijn aftreden bekendmaakte en dinsdag uit de Tweede Kamer vertrekt, is nog niet bekend. Meerdere namen doen de ronde. Onder hen zijn parlementariërs met al enige ervaring, zoals vicefractievoorzitter Kees Verhoeven. Ook relatieve nieuwkomers zoals Jan Paternotte en Rob Jetten worden genoemd. Eén ding hebben ze echter gemeen: stuk voor stuk hebben ze substantieel minder gezag dan Pechtold. Zijn wil was nog net geen wet, maar veel van wat hij zijn achterban de laatste jaren voorhield, ging er in als zoete koek.

Geen ruimer kinderpardon, exit raadgevend referendum; leverde D66 tijdens de laatste kabinetsformatie niet te veel in? Niks ervan, klonk het stellig op de ledenraad van oktober 2017. Pechtold debiteerde teksten over een partij die terug was in het hart van het politieke landschap en het applaus was daar.

Aannemelijk is echter dat in de partij én in de fractie verborgen ongenoegen alsnog naar boven komt. „Je krijgt na een leiderschapswissel altijd frictie”, blikte oud-D66-Kamerlid Bert Bakker zaterdag in de Volkskrant al vooruit. Of de fractie wil aankoersen op een snelle koerswijziging is niet bekend; duidelijk is dat er in de partij nog wel wat wensen leven. Sommige daarvan, zoals meer gas geven op de medisch-ethische thema’s, kunnen botsen met het regeerakkoord. Omgaan met pleidooien daartoe vraagt van Pechtolds opvolger tact en leiderschap.

Campagne

Maar, zo waarschuwde Bakker verder, Pechtolds opvolgers hebben zich nog helemaal niet „uitgekristalliseerd.” Dat klopt; er zijn geen aanwijzingen dat Pechtold zijn troonsopvolging minutieus heeft voorbereid.

Veel tijd om warm te draaien is de nieuwe leider echter niet gegund. Er komt een cruciale campagne aan, voor de Provinciale Statenverkiezingen. Pechtolds opvolger zal zich verder moeten inspannen om uit de schaduw te blijven van Boris van der Ham. De D66-oudgediende, in delen van de partij nog altijd populair, is het gezicht van de eerder dit jaar mede door hem gevormde beweging Opfrissing van verontruste leden. Zijn terugkeer naar het Binnenhof hangt boven de markt.

Het is het dus ietwat vroeg om er met Rutte en Van Engelshoven op te vertrouwen dat alles bij het oude zal blijven. Op zijn minst zal de koers van D66 minder voorspelbaar worden. En het kan gaan stormen. Net als in 2006.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer