Nederlandse militairen weer fors in de fout
De Koninklijke Marechaussee heeft dit jaar op de Antillen al ten minste vijftien mariniers gearresteerd die zich schuldig hebben gemaakt aan drugshandel. Dat heeft een woordvoerder van het openbaar ministerie donderdag bevestigd. Vorig jaar werden er eveneens wegens drugshandel al zo’n tien militairen terug naar Nederland gestuurd.
Naast de handel in drugs zouden de Nederlandse militairen zich ook schuldig maken aan mishandeling en diefstal. Het aantal mariniers dat zich dit jaar hieraan te buiten is gegaan, schommelt rond de dertig, zegt een woordvoerder van het leger.
Van de groep militairen die dit jaar is aangehouden, zijn er inmiddels acht naar Nederland teruggestuurd. Volgens een woordvoerder van de Koninklijke Marine hangt deze mariniers ontslag boven het hoofd. „Het is zero tolerance.”
De beslissing om te ontslaan wordt gewoonlijk alleen genomen bij militairen die voor de tweede keer worden betrapt op het bezit van drugs.
Voorzitter W. van den Burg van de militaire vakbond AFMP wil nog niet spreken van een trend, maar vindt de cijfers wel zeer verontrustend. „De mariniers op de Antillen zijn toch een beetje het visitekaartje van de hele krijgsmacht. Bovendien zitten ze daar juist om de handel in drugs tegen te gaan. Dat maakt hun betrokkenheid bij deze praktijken des te alarmerender.”
Als alle verdachte mariniers inderdaad schuldig worden bevonden, betekent dat volgens Van den Burg dat zo’n 10 procent van alle Nederlandse militairen op de Antillen over de schreef is gegaan.
Inmiddels heeft de vakbondsvoorzitter aangedrongen op een uitgebreid onderzoek. „Defensie moet haar verantwoordelijkheid nemen en nagaan waardoor de betrokkenheid van onze mariniers bij drugshandel opeens zo is toegenomen. Het is niet voldoende dat de verdachten, zoals nu gebeurt, alleen het strafrechtelijk traject worden ingeduwd.”
Als mogelijke oorzaak noemt Van den Burg het gebrek aan sociale controle. „Tot dusver gingen wij ervan uit dat de militairen op de Antillen een hechte groep vormden, waar de leden elkaar aanspraken op ongewenst gedrag. Wellicht laat dat toch te wensen over.”
Mocht gebrek aan sociale controle daadwerkelijk de oorzaak blijken te zijn, dan is het volgens Van den Burg zaak dat Defensie het ”Beleidskader ongewenst gedrag” opnieuw onder de loep neemt. Dit kader werd in 2001 opgesteld na een gezamenlijke inspanning van Defensie en de militaire vakbonden. Uitgangspunt van het beleidskader is dat militairen zich gezamenlijk moeten inspannen om ongewenste gedragingen tegen te gaan.
Op de Antillen zijn ongeveer 1100 militairen gelegerd.