Papieren konden Pater gestolen worden
„Het zou best kunnen.” „Dat weet ik niet zo precies.” Herhaaldelijk klonken woensdag op de rechtbank in Almelo dergelijke zinnetjes tijdens het verhoor van Willy Pater, mededirecteur van het ontplofte vuurwerkbedrijf SE Fireworks in Enschede.
Zoveel werd woensdag duidelijk: de papierbrij die hoort bij het runnen van een bedrijf kon Willy Pater gestolen worden. De milieuvergunning, verzekeringspapieren, andere officiële stukken: Pater was nauwelijks van het bestaan ervan op de hoogte, laat staan dat hij van de inhoud kennisnam. „Het interesseerde me gewoon niet. Ik had daar geen flauw idee van. Dat klinkt misschien dom, maar het is gewoon zo.”
Pater zei tot aan de dag van de ramp niet het fijne te weten van een classificatiesysteem, een indeling naar zwaarte van vuurwerk. Ook wist hij niet dat er volgens de vergunning 158 ton vuurwerk bij SE Fireworks mocht liggen. Uit politieonderzoek bleek dat er op 13 mei 2000, de dag van de ramp, 170 ton was opgeslagen. Pater zelf zei dat hij wel eens „globaalweg” een rekensom had losgelaten op de hoeveelheid vuurwerk op het terrein. „Toen kwam ik op 130 ton.”
Directeur Rudie Bakker had -sinds 1998- feitelijk de touwtjes in handen bij SE Fireworks. Niet alleen op kantoor. Hoewel Pater verantwoordelijk was voor het „buitengebeuren” -zoals het klaarmaken en sorteren van vuurwerk-, had Bakker ook op dat terrein een flinke vinger in de pap. „Dan zei Bakker bijvoorbeeld waar we welk vuurwerk moesten opbergen. En ik vertrouwde op Bakker. Ik voelde me zelf helemaal geen baas.”
Tijdens de afgelopen zittingsdagen dagen kwam dat verschil tussen beide directeuren vaker naar voren. Bakker toonde zich tijdens zijn verhoor veel strijdbaarder dan Pater. Bakker trok zo nu en dan fel van leer tegen het OM en sprak meer in de trant van: „Dat moet u zó zien.” Pater daarentegen wist op menige vraag geen antwoord.
Met oud-directeur H. Smallenbroek, die tot 1998 de scepter zwaaide over SE Fireworks, lagen Bakker en Pater in de clinch. Tijdens een eerdere rechtszitting meldde Bakker dat een aantal mensen zou gezegd hebben dat Smallenbroek het bedrijf zou opblazen. Pater zei woensdag dat Smallenbroek de nieuwe directie van SE Fireworks „zwartmaakte” in de vuurwerkwereld.
Ook woensdag kwam het punt van illegale vuurwerkverkoop uitgebreid ter sprake. Pater erkende dat hij zich schuldig had gemaakt aan die zwarte handel. Soms werden pakketten vuurwerk in gehuurde bussen naar de klanten gebracht. Het vuurwerk moest onzichtbaar blijven voor andere weggebruikers en werd daarom tot aan het raam opgestapeld.
Kort na de ramp nam de politie op de Maasvlakte een container vuurwerk in beslag die de week na 13 mei 2000 bij SE Fireworks had moeten worden afgeleverd. Bij inspectie van die container bleek dat nogal wat dozen kapot waren. Kwam zoiets vaker voor? Pater: „Dit is een uitzondering. Zoiets heb ik niet vaak meegemaakt.”
Directeur Pater, die nog steeds niet aan het werk is, zegt zich op dit moment „heel belabberd” te voelen. „Ik zit onder de tabletten om een beetje helder te blijven. Als ik 100 meter loop, breekt het zweet me uit.” Dat justitie maandenlang zijn telefoongesprekken heeft afgeluisterd, weegt hem zwaar. Ook het feit dat sommigen hebben gemeld dat hij op 13 mei 2000 op het bedrijfsterrein van SE Fireworks is geweest, zit Pater niet lekker.
In tegenstelling tot Bakker zegt Pater geen last te hebben van intimidaties. „Ik word niet lastig gevallen. Wij wonen in een heel fijne buurt. Met de kinderen op school gaat het prima.”
Volgende week gaat de rechtbank in Almelo verder met de zaak tegen de beide directeuren. Maandag houdt het openbaar ministerie het requisitoir. Bakker en Pater is overtreding van milieuvoorschriften, brand door schuld en dood door schuld ten laste gelegd. In theorie kunnen ze tot maximaal acht jaar cel worden veroordeeld. De verwachting is echter dat de straf veel lager uit zal vallen.