Einde aan missie F-16’s in Irak en Syrië
Eind dit jaar stopt de inzet van de Nederlandse F-16’s tegen terreurgroep IS in Irak en Oost-Syrië. Wel blijven enkele tientallen Nederlandse militairen actief in Irak om daar te helpen bij de opbouw van het leger. Dat heeft het kabinet vrijdag besloten.
Vier F-16’s met 150 man personeel opereren sinds begin dit jaar vanuit Jordanië. De militaire strijd tegen IS nadert echter zijn einde en de gevechtsvliegtuigen voeren nauwelijks nog bombardementen uit. De missie kan niet worden verlengd omdat de luchtmacht volgend jaar begint met de overgang naar de F-35.
Nederland blijft militair actief in Irak. In het noorden gaan maximaal vijftig man Koerdische collega’s opleiden. Verder worden voor de NAVO-trainingsmissie, die in het najaar begint, twintig man ingezet. In Bagdad blijven commando’s Iraakse special forces trainen. Het gaat om drie tot twaalf man.
De Nederlandse militairen moeten helpen bij het stabiliseren van het land. „Het is nu van groot belang dat we de Iraakse overheid blijven helpen om hun overwinning op IS vast te houden en te steunen in de wederopbouw”, zegt minister Ank Bijleveld van Defensie.
Daarnaast heeft het kabinet nog besloten twintig man bij te dragen aan de EU-capaciteits-en trainingsmissie in de Sahel-regio. Op 1 mei begint de afbouw van de Nederlandse missie in Mali. Daarna blijven nog wel enkele politiefunctionarissen en stafofficieren de VN-missie Minusma helpen.
Op dit moment zijn ongeveer 250 Nederlanders in Mali. Zij vergaren en analyseren inlichtingen. Er heeft zich nog geen ander land gemeld om het gat op te vullen dat Nederland laat vallen in Mali. Nederland blijft de VN helpen bij de zoektocht naar een vervanger.