Buitenland

Geen vakantiegroet, maar een rouwkaart

Het lijkt erop dat deze zomer extra veel toeristen zijn verongelukt. Al bevestigen de cijfers dat niet, nabestaanden verdienen ons meeleven. Bezinning over vakantietrends kan intussen ook geen kwaad.

31 August 2018 14:53Gewijzigd op 16 November 2020 14:01
Een toerist in Rome in een typische fotografeerhouding. beeld AFP, Vincenzo Pinto
Een toerist in Rome in een typische fotografeerhouding. beeld AFP, Vincenzo Pinto

Pardon, hoor ik iemand denken, gaan we die zonnige zomerweken afronden met treurig terugblikken? Ja, dat gaan we hier doen, al zou ik dat laatste anders formuleren. Want juist op een moment dat iedereen geacht wordt hoog op te geven van het zon- en smikkelgehalte van haar of zijn vakantie, zijn er landgenoten die dán afhaken. Omdat hun vakantie anders verliep dan ze hadden verwacht: verregend, weggespoeld of erger: eindigend in een ziekenhuis, in een rouwcentrum en op een begraafplaats. En moeten ze nu standhouden in de stroom van ”hoe-was-jouw vakantiepraatjes” op hun werk, op het schoolplein of in de vriendenverjaardagskring.

Omwille van solidariteit met deze groep wil ik aandacht voor hen. Even een accolade eromheen, een pop-upmonumentje, wat mij betreft jaarlijks. Eind augustus opgezet, begin september weer opgeborgen.

Maar hoe zit het nu met mijn indruk en dat aantal? Zijn er dit jaar meer dodelijke vakantieongelukken? Bij Buitenlandse Zaken weten ze er niet van. Het aantal is zelfs lager dan voorgaande jaren.

Waar komt mijn idee dán vandaan? Heeft het misschien te maken met de aard van de gemelde ongelukken?

Nu gaan we hier niet de eigen-schuld-dikke-bultformule van stal halen, verre van dat. Wel is het verstandig om te blijven nadenken over de voor- en nadelen van allerlei trends in vakantie vieren.

Zo zijn belevingsvakanties erg populair. Vroeger (om het even cliché te formuleren), ging je op pad om andere culturen „te leren kennen”, er „kennis mee te maken.” Nu staat beleving voorop; al fietsend, kamperend, scooterend. Bekeek je voorheen de kledij van een herder in Georgië van een afstand, nu trek je die aan om te voelen hoe die zit.

De suggestie dat je bij zo’n beleving dichter op de huid komt van je gastheer of -vrouw, klopt natuurlijk niet. Het tegendeel is eerder waar. Want die nadruk op dat persoonlijke is tegelijk een versmalling en verschraling van die vakantiebeleving: als toerist ben ik immers te veel met mezelf bezig om de ander echt te leren kennen. De selfiecultus is daarvan een bewijs. Steeds vaker denk ik bij het zien van andermans vakantiekiekjes: „Ga eens opzij.” Maar dat laatste kan niet omdat de druk van sociale media groot is en er enkel in „ik, wij, jij en jullie” wordt gecommuniceerd en dat moet dan wel te zien zijn. En zodoende wandelt, fietst of klimt menige toerist in zijn ervaringscapsule, ervan uitgaand dat zo alles het indringendst wordt beleefd. Om die ervaring te hebben wordt een complete samenleving als het ware aangetrokken als een jas die je aan en uit kunt doen. Wie zo vakantie viert loopt risico. Komend vanuit het extreem geregelde Nederland moet een toerist juist terughoudend het verre buitenland verkennen. Want ook daar is alles geregeld, maar dan volgens de wetten van de jungle.

Misschien moeten we een voorbeeld nemen aan Chinezen. Niks individuele ervaring, maar als een kudde achter de reisleider aan.

Maar daarover volgend jaar. Nu eerst het hoofd gebogen. Als blijk van meeleven met hen die deze zomer rouwkaarten schreven in plaats van een vakantiegroet.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer