Poetin dwingt deelstaat Mari El om vooral Russisch te spreken
Regionale overheden mogen naast het Russisch niet langer een andere taal verplicht stellen in het curriculum. Volgens president Poetin zou dit immers neerkomen op het verplichten van kinderen om een taal te leren „die niet hun moedertaal is.” Deze drang tot eenheid kan echter minderheden vervreemden.
„Hier heb je twee boekjes in het Mari”, zegt Andrej, pastor van een kleine baptistenkerk in de Tataarse hoofdstad van Kazan. Met leden van zijn gemeente staat hij klaar om te evangeliseren in afgelegen delen van de republiek Mari El.
De deelrepubliek Mari El (aan de Wolga, 700 kilometer ten oosten van Moskou) is voor meer dan de helft bedekt met bossen. In afgelegen dorpjes spreken veel mensen het Mari, een taal die verwant is aan het Fins. „De pastor zorgt daarom voor lectuur in hun moedertaal.
Onder de Russische vlag hebben de Mari’s het erg lastig. Hoofd van de republiek Leonid Markelov, een rasechte Rus, staat erom bekend een hekel te hebben aan alles wat met de Maricultuur te maken heeft. Hij wil het gebied russificeren. Zo sloot hij de deuren van de belangrijkste Mari-talige krant. Plaatsnaambordjes in het Mari zijn inmiddels weggehaald: alleen de Russische borden blijven over.
Heilig
Het is dan ook typerend dat de Russische president Poetin zijn plannen rond regionale talen een jaar terug juist in Mari El bekendmaakte. Voor Poetin is het Russisch heilig. „Russisch is de taal waarin ons land communiceert, en dat kan door niets worden vervangen”, aldus de president in Josjkar-Ola, de hoofdstad van Mari El.
Op 19 juni nam de Doema een wet aan die funest kan zijn voor minderheidstalen. Tot nu toe konden regionale overheden het leren van de regionale taal verplicht stellen. Volgens de nieuwe wet zijn lessen in het Mari beperkt tot één uur in de week.
Mari El stelde de streektaal nooit verplicht. Daar was geen geld voor en ook geen politieke wil. Volgens de jurist Gennadi Koroljov had de taal in de wet vooral een papieren status. „Als er vervolgens geen geld komt voor bijvoorbeeld schoolboeken, wat heeft die wet dan voor zin?”
Vasili Pektejev –zelf Mari– vindt de situatie ronduit deprimerend. „Veel kinderen in Mari El spreken de taal nauwelijks, maar krijgen goede cijfers. Er zijn andere gebieden in Mari El waar wel goed les wordt gegeven. Kinderen krijgen zo’n drie uur per week les, en die spreken redelijk Mari. Maar ook die kennis gaat dus nu verloren.”
In dorpen waar louter Mari’s wonen, wordt er vanaf de kleuterklas lesgegeven in het Russisch. Iets wat Pektejev maar slecht kan begrijpen. „Dat is de kortzichtigheid van de ouders. Er wonen nauwelijks Russen in die dorpen, maar het onderwijs is in het Russisch.”
Moskou
Voor president Poetin zijn deze regionale identiteiten een bedreiging van de Russische eenheid. Volgens hem is er te veel autonomie. Niet-Russen voelen zich hierdoor steeds meer tweederangsburger. Druk uit Moskou kan ook ontevredenheid scheppen.