Jaap de Ruiter (62) gaat met pensioen om fulltime wandelingen te plannen
Gewapend met zijn fototoestel, een topografische kaart, een pen en een opschrijfboekje trekt hij de natuur in om wandelroutes te plannen. Voor Jaap de Ruiter (62) uit Lexmond is wandelen een eerste levensbehoefte. Over een paar maanden begint zijn pensioen. Dan gaat hij fulltime door Nederland lopen.
Hij is een zwerver. Altijd al geweest. „Als kind trok ik met mijn vader de polder in om lange wandelingen te maken. Dan lagen we bij de sloot op onze buik naar de schrijvertjes te kijken.” Tientallen jaren later gaat hij er nog steeds zo vaak mogelijk op uit. Alleen, met zijn vrouw of met twee vrienden. „We zijn nu bezig met een wandeltocht langs bierbrouwerijen in België, door ons omgedoopt tot de Via Abdia. Zo’n 35 kilometer op een dag, en tussen de middag een lekker dikke siësta op een terras.”
Georganiseerde wandelingen zijn niet zijn ding. Hij heeft één keer de Nijmeegse Vierdaagse gelopen. „Alleen al omdat iedereen vraagt of je dat hebt gedaan zodra ze horen dat wandelen je hobby is. Maar de massaliteit is niet aan mij besteed. Ik zwerf liever. Mooie landschappen zien en alles zelf ontdekken.”
Wandelgidsen
De Ruiter, van beroep transportplanner, is altijd al een cartofiel geweest. Begin jaren negentig begon hij met het plannen van zijn eigen wandelroutes. Het eerste boekje, ”Lopen langs de Lek”, lag er in 1996. „In mijn woongebied, de Alblasserwaard, was toen nog geen wandelcultuur. De eerste wandelroute was een onontgonnen gebied, ik heb onderweg nog net niet met mijn zeis hoeven te kappen.”
Inmiddels heeft hij zeven wandelgidsen uitgegeven in eigen beheer, met routes langs de rivieren de Lek en de Linge en in de Alblasserwaard. Hij stippelt de routes eerst thuis uit, op de kaart. Dat is een kwestie van proberen. „Soms is de route geweldig, soms is er in het echt toch geen brugje onder het viaduct door. Al wordt je er steeds geoefender in om het landschap vanaf een kaart te lezen.”
Samen met zijn vrouw test hij vervolgens de uitgestippelde routes. Belangrijk daarbij: dat de wandeling zo duidelijk mogelijk is omschreven. De Ruiter werkt met kaartjes, nummers en tekstbeschrijvingen. Want verkeerd lopen door slecht beschreven routes en te weinig markeringen is irritatie nummer 1 voor de meeste wandelaars. „Het probleem van paaltjesroutes is dat de markeringen nogal onlogisch gerangschikt zijn. Soms staat er een paar keer heel kort achter elkaar een paaltje, en dan loop je een heel stuk zonder ook maar één aanwijzing te zien. Ik snap de logica daarvan niet.” Zelf lopen De Ruiter en zijn vrouw ook weleens verkeerd. „Ik geloof dat we er in heel ons leven ééntje hebben afgerond zonder een keer mis te lopen. En dan zijn we nog redelijke professionals, als ik het zo mag zeggen.”
Harde schijf
Bij het testen van zijn routes neemt De Ruiter altijd een fototoestel mee. „Ik fotografeer alles, om inspiratie op te doen voor de stukken tekst die bij de route komen. Eenmaal thuis zet ik de foto’s op mijn computer en weet ik negen van de tien keer meteen weer de gedachte die ik bij de foto had. Ik wil niets kwijtraken, dus alle bestanden gaan ook meteen op de harde schijf. Ik heb er drie: één op zolder, één in mijn bootje en één bij mijn computer.”
Ook onmisbaar in de tas: pen en papier. In zijn cameratas heeft hij standaard een notitieblok zitten. „Kijk, dit is mijn wandelboekje. Hier schrijf ik onderweg allerlei gedachten en ingevingen in op.”
Elke wandelgids bevat vijf wandelingen. Daarvan zijn er minstens twee samen te voegen tot een grote dagwandeling van tientallen kilometers en er zit een kleine wandeling in van maximaal 5 kilometer. „Maar gemiddeld meet een route 12 kilometer. Het moeten geen enorme afstanden zijn, ik richt me met name op de wat oudere mensen.”
Volle zolder
Wat De Ruiter het leukste vindt aan het maken van de wandelroutes? „Het hele proces. Ik vind het heerlijk om verhaaltjes te schrijven en als het ware een gids te zijn voor alles wat je als wandelaar onderweg tegenkomt. Ik heb een enorme voorraad boeken op zolder, allemaal streekboeken met informatie over de omgeving. Als ik zo’n exemplaar tegenkom op een rommelmarkt of bij de kringloop neem ik het mee. Helaas heb ik pas een lading boeken moeten wegbrengen, omdat het te vol werd in huis. Ik heb maar een halve zolder, de andere helft is van mijn vrouw.”
Hij maakt ook zelf tekeningen voor in de boekjes. „Nog een hobby.”
Door de jaren heen droomde De Ruiter af en toe van een carrière als wandelplanner. „Ik had dit werk graag fulltime willen doen. Dat is er niet van gekomen. Ik vond het vanwege mijn verantwoordelijkheden tegenover gezin en maatschappij onverantwoord om het te proberen.” Meteen relativerend erachteraan: „Maar ik ben nooit met lood in mijn schoenen naar mijn werk gegaan, hoor. Voor mijn werk als transportplanner zit ik ook met mijn neus op de kaart. Andersom heeft het wandelen me een grote geografische kennis van Nederland gegeven. Dat helpt weer bij mijn werk.”
Toch bleef het af en toe kriebelen. Daarom gaat hij over een paar maanden met vervroegd pensioen. „We hebben een spaarpotje opgebouwd, daarmee moet het lukken.” Na zijn pensioen gaat hij fulltime door Nederland lopen. Hij heeft zichzelf een ambitieus doel gesteld: wandelroutes maken door het hele land heen. „Van zee tot Zevenaar. Daar zitten veertig wandelgidsen in. Die wil ik graag gaan schrijven als ik daar de tijd en gezondheid voor krijg. Ik heb uitgerekend dat ik tien jaar over dit project kan doen als ik één boekje in drie maanden afrond. Dat moet gemakkelijk lukken.”
Als het aan De Ruiter ligt, gaat iedereen aan wandel. Vurig: „Vooral 55-plussers hebben daar een inhaalslag in te maken. In onze kringen is wandelen volgens mij achtergebleven gebied. Het heeft altijd een beetje in de linkse hoek van de natuurbeweging gezeten. Jammer, want wandelen is meer dan lopen en genieten. Het gaat ook om zingeving en beleving. Van Gods schepping genieten en uit de dagelijkse maalstroom komen. Daar heeft iedereen baat bij.”
RD-wandelroute Rheden
Jaap de Ruiter heeft speciaal voor RD-lezers een wandelroute gemaakt: van Kamerdal naar Zijpenberg. De route is 11 kilometer en begint bij NS-station Rheden. „Wandelaars in die regio gaan altijd naar de Posbank, maar daar is het veel te druk. Er is meer mooie natuur in de omgeving.” De wandelroute belooft zicht op de meest ongeschonden horizon van Nederland. „Ergens in het midden kom je bij een uitkijkpunt met een heideveld en in de verte uitzicht op de Posbank. Prachtig.” Gratis tip van De Ruiter: „Loop de route eind augustus, begin september. Dan bloeit de heide.”
De wandelroute is beschikbaar via wandelaar.nl. Lezers die de route liever per mail ontvangen, kunnen hem opvragen via jaap@wandelaar.nl.