Vrede met Ethiopië geeft christenen in Eritrea hoop
Het is goed nieuws dat deze week in Eritrea 31 mannen en vrouwen zijn vrijgelaten die vastzaten omdat ze lid waren van een niet-geregistreerde kerk. Sinds het Oost-Afrikaanse land vorige week vrede sloot met buurland Ethiopië lijkt er beweging te komen in zaken die jarenlang muurvast zaten. Persbureau Reuters meldde donderdag zelfs dat Eritrea troepen heeft teruggetrokken langs de zwaar gemilitariseerde grens met Ethiopië. Als dat proces zou doorzetten, zou dat een enorme stap vooruit zijn.
Een van de belangrijkste redenen waarom tienduizenden Eritreeërs de afgelopen jaren naar Europa vluchtten, was de knellende dienstplicht. Die duurde officieel achttien maanden, maar strekte zich in de praktijk soms uit tot meer dan twintig jaar. Ontspanning in dat beleid zou een belangrijke motor achter deze migratiestromen wegnemen.
Of de verbeterde relatie met Ethiopië de positie van niet-geregistreerde christenen ook structureel zal veranderen, is echter nog onzeker. De deze week vrijgelaten gevangenen hadden volgens de in Londen gevestigde organisatie Release Eritrea allemaal een document ondertekend waarmee ze afstand deden van hun betrokkenheid bij de kerken. Dat ze dat al jaren geleden deden en nog altijd vastzaten, zegt veel over de hardheid van het Eritrese regime.
Media typeerden Eritrea dan ook wel als het Noord-Korea van Afrika. Nu is er op die kwalificatie wel iets af te dingen, maar president Isaias Afewerki regeerde het land met een aan paranoia grenzende afkeer van buitenlandse invloeden. Er zijn daarom maar enkele officieel toegestane kerken, zoals de Eritrees-orthodoxe, de rooms-katholieke en de evangelisch-lutherse. Overige groepen worden op z’n best gedoogd en in het slechtste geval vervolgd. Bovendien mengt de staat zich ook in interne aangelegenheden van de toegestane kerken.
De vrede met Ethiopië geeft christenen in het land echter hoop. „De vervolging van christenen begon na de oorlog” (met Ethiopië, red.), zei een protestantse kerkleider uit Eritrea, die veelzeggend anoniem wilde blijven, tegenover de Spaanse site Protestante Digital. Een vredesakkoord geeft hem daarom reden te geloven „dat de dingen weer worden zoals ze horen te zijn.”
Het is te hopen dat hij gelijk krijgt, maar president Afewerki staat te boek als uiterst voorzichtig. Een weg van geleidelijke verandering zou meer in de lijn liggen van de wijze waarop hij het land sinds de onafhankelijkheid in 1993 regeert en de onmisbare rol die hij zichzelf toedicht. Bovendien heeft hij in de toenadering tot Ethiopië zo’n grote ommezwaai gemaakt dat hij ervoor moet oppassen zijn interne bondgenoten niet kwijt te raken.
Dat een zich al jaren voorslepend conflict tussen Eritrea en Ethiopië zijn einde lijkt te naderen, is hoe dan ook goed nieuws. De gevangenschap van mensen om hun geloof of overtuiging wordt echter enkel nog wranger als de vrede niet voor hen blijkt te zijn.