Kerk & religie

Westminster synode: vergadering in oorlogstijd

De Westminster synode begon in de hete zomer van 1643. De spanning in Engeland was om te snijden. Koning Karel I had de lont in het kruitvat geworpen. Een bloedige burgeroorlog was het gevolg. En dan was er ook nog de aanval van het Schotse leger aan de noordgrens.

René Heij
17 July 2018 13:58Gewijzigd op 16 November 2020 13:46
In het najaar van 1643 verplaatste de vergadering zich naar de Jeruzalemkamer. Daar was het warmer was dan in de kapel van Henry VII. beeld Dean and Chapter of Westminster
In het najaar van 1643 verplaatste de vergadering zich naar de Jeruzalemkamer. Daar was het warmer was dan in de kapel van Henry VII. beeld Dean and Chapter of Westminster

De maatschappelijke situatie op de Britse eilanden was kritiek. Schotse troepen boekten bij Newcastle overwinningen op het Engelse leger. Vanuit Ierland kwamen berichten over duizenden dodelijke slachtoffers door strijd tussen protestanten en katholieken. Koning Karel I slaagde er steeds minder in om Engeland, Schotland en Ierland bij elkaar te houden.

De vorst was in conflict geraakt met de puriteinen. Die groep protestanten vond dat de Church of England, de Engelse kerk, te veel leek op de Rooms-Katholieke Kerk. Het bisschoppelijk kerkbestuur was de puriteinen een doorn in het oog. Vooral de benoeming van de arminiaan William Laud als aartsbisschop van Canterbury had veel kwaad bloed gezet. Ook hadden de puriteinen een afkeer van liturgische praktijken zoals het knielen tijdens de communie. De puriteinen peinsden er echter niet over om de Church of England te verlaten. De separatisten vertrokken daarentegen wel.

Covenanters

De Schotse mannen van het verbond, de covenanters, moesten niets hebben van bisschoppen in de ”Kirk”. Sinds 1567 viel het Schotse koninkrijk onder hetzelfde vorstenhuis als Engeland. Karel I en zijn voorganger James VI zagen niets in het presbyteriaanse systeem zoals John Knox dat in de zestiende eeuw voorstond. Bij die vorm is er sprake van een gekozen kerkbestuur. Al sinds 1604 deden de vorsten verwoede pogingen om het Schotse kerkbestuur naar Engels model in te richten.

Toen het vanaf 1639 tot de zogenoemde bisschoppelijke oorlogen kwam, had Karel I geld nodig om zijn leger op de been te houden. De leden van het parlement waren hem echter niet welgezind. Onderling verschilden zij echter sterk van mening over de manier waarop het kerkelijk bestuur vorm moest krijgen. Dát het anders moest, stond voor hen vast.

Aartsbisschop Laud werd gevangengezet in de Tower of London. Op eigen houtje riep het parlement een algemene synode samen „van de meest ernstige, vrome, geleerde en verstandige godgeleerden van dit eiland, geassisteerd door enigen uit buitenlandse gebieden die dezelfde religie uitoefenen als wij; die alle dingen in beschouwing kunnen nemen die noodzakelijk zijn voor de vrede en goede regering van de Kerk.”

Toen de synode in juli 1643 begon, bestond de vergadering voornamelijk uit Engelsen. De Schotse afgevaardigen arriveerden pas op 12 oktober in Londen. Onder hen bevonden zich Samuel Rutherford, George Gillespie en Alexander Henderson. Hun aanwezigheid was bittere noodzaak voor het Engelse parlement. De noorderburen waren immers een bondgenoot in de strijd tegen Karel I. De Schotten eisten als wisselgeld dat de synode zou nastreven om de bestuursvorm van de Engelse kerk in overeenstemming te brengen met die van de Kirk.

In hedendaagse publicaties van Schotse auteurs wordt vaak vol lof gesproken over deze grote invloed van hun landgenoten. Toch stelde prof. John Coffey, hoogleraar aan de –Engelse– universiteit van Leicester, onlangs op een conferentie in Schotland dat „de invloed van de Schotten in Westminster niet overschat moet worden.”

Toen de Schotse afgevaardigden arriveerden in de Westminster Abbey –vanwege de lagere temperaturen was de vergaderlocatie verplaatst van de kapel van Henry VII naar de Jeruzalemkamer– werd de agenda in ieder geval wel direct omgegooid. De vergadering was tot dan toe bezig geweest met opstellen van de Geloofsbelijdenis van Westminster.

Nu moesten zij zich echter buigen over een gemeenschappelijke vorm van kerkbestuur voor de twee koninkrijken. De meeste afgevaardigden waren voorstander van het presbyterianisme, terwijl anderen –onder wie de voorzitter, William Twisse– een soort mengvorm voorstonden van presbyterianisme met bisschoppen.

Cromwell

Deze congregationalisten wilden het bestuur maar aan de individuele kerken overlaten. Zij konden rekenen op steun van niemand minder dan de Engelse generaal Oliver Cromwell, die met zijn leger streed tegen Karel I. Uiteindelijk liet de militair de vorst in januari 1649 onthoofden en schafte hij eigenhandig de monarchie af.

Naast deze twee groepen waren er nog de erastianen. Zij meenden dat de burgerlijke overheid invloed moest hebben op de kerkelijke tucht.

De verschillen van inzicht bleken uiteindelijk groot te zijn. Toen in december 1644 een meerderheid van de vergadering akkoord ging met een presbyteriaanse vorm van kerkbestuur, hadden de tegenstanders hun bezwaren kenbaar gemaakt. Ze konden het tij echter niet keren.

Resultaat

De synode duurde tot 1653. Toen was Samuel Rutherford al rector van St Mary’s College, de theologische faculteit van de universiteit van St Andrews. Het resultaat bestond uit een aantal documenten dat vandaag de dag nog altijd gezaghebbend is: de Westminster Confessie en de Kleine en de Grote Catechismus van Westminster.

Op de lange termijn trokken de presbyterianen echter niet aan het langste eind. Tijdens de ”Restoration” in 1660 herriep de Church of England de besluiten van de synode. Zij voerde het ”Book of Common Prayer” en de episcopale kerkvorm strenger in dan voordien het geval was geweest. Uiteindelijk namen de congregationalisten in 1658 een aangepaste vorm van de Westminster Confessie aan.

In Schotland werd de Westminster Confessie door de Kirk aangenomen. Het presbyterianisme bleef prominent aanwezig. Al zou ook daar in later tijden blijken dat de discussie niet afgerond was. De vele kerkscheuringen die zich na de hete zomer van 1643 hebben voorgedaan, getuigen daarvan.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer