Paul S.: Ik ben niet agressief
Ex-marinier Paul S. (38), die op 24 oktober vorig jaar in Kerkrade vier leden van zijn voormalige schoonfamilie Vromen doodschoot, zegt zich „niet te kunnen identificeren met de moordenaar.”
„Ik kan me niet voorstellen dat ik mensen heb vermoord van wie ik heb gehouden”, beweerde de wapenexpert donderdagochtend bij de rechtbank in Maastricht. „Op de een of andere manier is er controleverlies geweest. De hele actie was niet op logica gebaseerd”, aldus de ex-marinier die af en toe geëmotioneerd raakte.
De ex-marinier zei donderdagochtend zijn wandaden niet goed te kunnen verklaren. „Ik heb zoiets nog nooit meegemaakt. Als ik ten tijde van het delict maar één seconde normaal had kunnen denken, was dit nooit gebeurd. Ik ben geen agressief persoon. Ik kan proportioneel met geweld omgaan. Voor mij als marinier zijn begrippen als eer, trouw en loyaliteit heel belangrijk.”
Paul S. vermoordde op één dag zijn ex-vriendin (29), haar moeder (56), een 34-jarige broer en een 60-jarige vader. Saillant detail was dat S. op de dag van de moord van plan was om in Roermond aanwezig te zijn bij de onthulling van een monument voor militairen die betrokken waren bij VN-missies. Zelf deed S. in 1992 mee aan een VN-missie in Cambodja. Ook was hij lid van de Bijzondere Bijstands Eenheid (BBE) van het Korps Mariniers. In die hoedanigheid had hij contacten met Erik O., de militair die mogelijk vervolgd wordt voor het doden van een Irakees.
Toen Paul S. op 24 oktober bij zijn woning arriveerde, merkte hij dat de tuin was „gedemonteerd.” Er bleken diverse spullen te zijn ontvreemd. Op de deur zat een ander slot. S. hield zijn voormalige schoonfamilie voor een en ander verantwoordelijk.
Hij werd op dat moment „verschrikkelijk, verschrikkelijk” kwaad. „Ik werd overspoeld door een scala aan emoties. Ik ervoer gevoelens van onmacht, angst en onveiligheid. Ik had het gevoel niks te kunnen doen.” Paul S. beweerde donderdagochtend bij de Maastrichtse rechtbank dat hij erop bedacht was dat er mogelijk mensen bij hem thuis waren. Die zouden zijn opgeslagen wapens kunnen ontvreemden.
De schietinstructeur sloeg met een meubelstuk een ruit van zijn woning in en ging naar binnen. Daar trof hij een „gigantische chaos.” Paul S., die zich donderdagochtend vaak in formele taal uitdrukte: „Er ontbrak een x aantal meubelstukken en er lagen administratieve bescheiden op de vloer.” In zijn huis trof hij ook een brief van zijn ex-vriendin. Daarin stond onder meer: „Je bent nog niet van me af als je het hard tegen hard wilt spelen. Je houdt alleen van wapens.”
Paul S. hees zich vervolgens in een compleet gevechtstenue. Hij droeg een bivakmuts, een zwarte overall, een kogelwerend vest en een zogeheten aanvalsvest met verbindingsapparatuur.
Voorzien van twee wapens reed de ex-marinier naar de woning van zijn voormalige schoonfamilie aan de Renierstraat. „Ik wilde ze aanhouden. Ik heb me waarschijnlijk te veel militair en BBE’er gevoeld.”
In de woning aan de Renierstraat schoot de ex-marinier achtereenvolgens zijn voormalige zwager, vriendin en schoonmoeder dood. S. zag de slachtoffers als een „silhouet.”
Daarna reed hij naar de sportschool van zijn ex-schoonvader aan de Tunnelweg in Kerkrade. Daar bracht hij de man om.
Schokkend moment donderdagochtend was het afspelen van de opname van het gesprek dat de 60-jarige schoonvader met de alarmcentrale 1-1-2 voerde, vlak voordat hij werd doodgeschoten. Toen S. in gevechtstenue de sportschool binnenstormde, vroeg de 60-jarige man om assistentie van de politie. Op de band is te horen dat S. keihard begint te schelden en te schreeuwen. Vervolgens is langdurig gegil in doodsnood te horen. Tijdens het afspelen van de bandopname barstte S. donderdagochtend in tranen uit. Daarop schorste de rechtbank de zitting.