Holleeder zette Endstra zelf ook onder druk
Willem Holleeder heeft vastgoedmagnaat Willem Endstra zelf ook „onder druk” gezet vanwege de miljoenen die hij bij hem had ingelegd. „Maar ik heb hem niet bedreigd of afgeperst en zeker niet vermoord. Ik had daar niets mee te winnen.”
Dat zei ‘De Neus’ tijdens de 27e dag van zijn strafproces. Daarin nam de rechtbank een lange aanloop naar de datum van 17 mei 2004, de dag dat Willem Endstra voor zijn kantoor aan de Amsterdamse Apollolaan werd doodgeschoten. Volgens justitie zat Holleeder daarachter. Hij ontkende ook dinsdag alle betrokkenheid.
Volgens Holleeder „kan je van Endstra zeggen wat je wilt, maar was hij niet bang.” In de ogen van Holleeder gaf de vastgoedman geen krimp, ondanks de druk die zijn criminele investeerders uitoefenden om hun geld terug te krijgen. Het was „onbegrijpelijk” dat Endstra zo handelde, aldus Holleeder. „Het geld dat hij heeft aangepakt, en de mensen van wie, ik zou het niet durven”, zei hij.
Volgens Holleeder zijn uiteindelijk alleen John Mieremet en projectontwikkelaar Jan-Dirk Paarlberg betaald. „Paarlberg kreeg 17,5 miljoen euro. Het was de bedoeling dat ik later zou zorgen dat hij delen daarvan zou overmaken aan andere schuldeisers, zoals Hillis. Maar dat is nooit gebeurd.”
Mieremet kreeg delen van ingelegd geld terug vanwege zijn gewelddadige reputatie en om te voorkomen dat hij verdere publicitaire schade zou aanrichten, nadat hij Endstra in augustus 2002 in een interview met De Telegraaf ‘de bankier van de onderwereld’ had genoemd en Holleeder zijn gewapende arm. Daarna stortte zijn zakelijke imperium langzaam ineen.
Volgens Holleeder haalde Endstra „alles uit de kast” om zijn bedrijf voor een faillissement te behoeden. Zo ontkende hij openlijk Willem Holleeder te kennen. „Dat kon ik begrijpen.” Wat ‘De Neus’ niet snapte, is dat Endstra bij de banken en bij de politie „het verhaal ophing” dat hij door Holleeder werd afgeperst. „Dat was een beetje flauw”, zei hij.
Het proces gaat donderdag verder.