Archeologische „topvondst” lost raadsel toren op
Ze staan erbij met glunderende gezichten. Archeologen stuitten tijdens de restauratie van de hervormde kerk in Nieuwer Ter Aa onvermoed op een ware „topvondst”: een tufstenen muur uit het jaar 1138.
Al jaren staat de toren van de kerk scheef. Hoe dat kwam, was tot gisteren een raadsel voor de inwoners van het kleine dorp tussen Utrecht en Amsterdam. Met de ontdekking van een tufstenen muur is het antwoord gevonden.
Ingrid Cleijne is met haar team van het Bureau voor Archeologie en Bouwhistorie (BAAC) verantwoordelijk voor de archeologische begeleiding rond de restauratie. Ze meent dat de blootgelegde muur nieuw licht werpt op de historie van de kerk. „Omdat tufsteen een duur gesteente was, moet de bouw een hele investering zijn geweest voor de toenmalige gemeente.”
De archeoloog vermoedt dat de stenen resten van de drempel zijn waarover mensen het gebouw binnengingen. De huidige kerk is op de ruïnes van zijn 12e-eeuwse voorganger gebouwd.
Cleijne kan niet precies zeggen waar de tufsteen, van oorsprong een vulkanisch gesteente, vandaan komt. „Het meest voor de hand liggend is de Duitse Eiffel; dat ligt geografisch gezien dichtbij. Maar het kan ook dat mensen de tufsteen hebben gesloopt uit Romeinse gebouwen, die er in de Middeleeuwen in deze regio overal te vinden waren.”
Skeletten
De archeologen ontdekten naast de tufstenen muur twintig skeletten van mannen, vrouwen en kinderen. Constance van der Linde van het fysisch antropologisch onderzoeksbureau Tot op het bot onderzoekt de beenderen. De skeletten zijn beduidend minder oud dan de tufstenen muur; het oudste dateert uit de 13e eeuw. Van der Linde graaft stukje bij beetje een dijbeenbot op, aan de grootte te zien afkomstig van een kind. „Zie je hoe kromgetrokken het is? Dit kind had waarschijnlijk de Engelse ziekte.”
De predikant van de hervormde gemeente, ds. G. Vlijm, houdt het gebeuren van een afstand in de gaten. „Het was ons als gemeente altijd een raadsel waarom de toren zo scheef stond.” Met de blootlegging van de tufsteen, van zichzelf een zacht gesteente, valt een puzzelstukje op zijn plaats.
Ook voormalig ambtsdrager Leo den Hertog is verguld met de vondst. Hij deed archiefonderzoek naar het verleden van de kerk, maar krijgt het plaatje nu pas compleet. „Ik kwam er in eerder onderzoek al wel achter dat er in 1956 bij een restauratie ook tufsteen is ontdekt. Door miscommunicatie tussen de aannemer en de gemeente is die muur toen gesloopt. Gelukkig gaat het dit keer wel goed.”
De gevonden skeletten zullen na uitgebreid onderzoek opnieuw begraven worden in de omgeving van de kerk. Wat met de tufstenen muur gaat gebeuren, is nog de vraag. Buurtbewoners opperden al het idee om resten te exposeren in de kerk en plaatselijke musea. Zodat deze topvondst niet verloren gaat voor het nageslacht.