De 38-jarige Jarrod Ramos haatte de Capital Gazette en haar verslaggevers omdat die ooit schreven dat hij een voormalige klasgenote zonder reden obsessief had belaagd, onder meer via Facebook.

Ramos diende in 2012 een aanklacht in wegens smaad, maar werd door de rechter in het ongelijk gesteld. Ook het hoger beroep haalde niets uit. De rancune bleef al die jaren groot, zozeer zelfs dat hij donderdag het gebouw van de krant in Annapolis binnendrong en op de redactievloer vijf personen doodschoot, vier journalisten en een verkoopmedewerker. De foto’s van de slachtoffers stonden vrijdag op de voorpagina. Het hoofdartikel bleef wit, om de sprakeloosheid aan te geven.

Donald Trump, die de kritische media om de haverklap afschildert als verspreiders van nepnieuws, sprak zijn afschuw uit over de schietpartij bij de krant. „Deze aanval schokt het geweten van onze natie en vervult onze harten met verdriet. Journalisten moeten, net als alle Amerikanen, hun werk kunnen doen zonder bang te zijn het slachtoffer te worden van geweld”, aldus de president voordat hij begon aan een toespraak over zijn belastinghervorming.