Minister: geen schimmigheid rond gasdeal
In de ophef over het hulpfonds voor Groningen heeft minister Eric Wiebes „geen schimmigheid beoogd”. De bewindsman van Economische Zaken zei dat in een debat over het regeringsplan om een einde te maken aan de gaswinning.
Hij reageerde op kritiek uit de Tweede Kamer dat vooral de Staat lijkt op te draaien voor de economische versterking van de provincie, en niet het gasbedrijf NAM en diens aandeelhouders ExxonMobil en Shell. Volgens Kamerleden was eerder deze week de indruk gewekt dat die drie samen een half miljard zouden ophoesten. Zij stelden in het debat dat dat veel minder blijkt te zijn.
De NAM betaalt die 500 miljoen aan het fonds, benadrukte Wiebes. Maar het zijn kosten en die gaan af van de winst, waarvan de Staat ook steeds een deel krijgt. Daardoor loopt de schatkist wel zo’n 365 miljoen euro mis. „Het zit zoals het altijd heeft gezeten. Dit is wat het is”, aldus de minister.
PvdA’er Henk Nijboer voelde zich flink voor de gek gehouden. Volgens hem stonden bij de presentatie van het akkoord over de 500 miljoen de directeuren van Shell en Exxon „borstklopperig te zijn”. Er stond niemand van de NAM, aldus Nijboer.
Hij verweet Wiebes onduidelijkheid: „We zijn hier in het parlement. We doen geen spelletje Cluedo om uit te zoeken hoe het allemaal uiteindelijk zit.” Wiebes wilde daarop wel erkennen dat hij „misschien nog wat beter had moeten zeggen wat dat dan betekent voor de Staat.”
Verscheidene Kamerleden hadden Wiebes om opheldering gevraagd nadat Het Financieele Dagblad had voorgerekend dat de overheid indirect opdraait voor het leeuwendeel van de bijdrage van de NAM. Volgens afspraken vloeit 73 procent van de winst uit de gaswinning in de staatskas. Het speciale fonds voor Groningen bedraagt 1 miljard, waarvan de helft direct van het Rijk komt.