Onderwijs & opvoeding

A. J. Vogel vertrekt als bestuurder van het Zeeuwse Calvijn College

Een reformatorische school. Een Zeeuwse school. Twee pijlers onder de ontwikkeling van het Calvijn College, zegt A. J. Vogel, die deze zomer zijn werk als bestuurder afrondt. „We zijn meer met de andere reformatorische scholen gaan samenwerken. We zijn ook meer in de Zeeuwse gemeenschap gaan functioneren.”

L. Vogelaar
19 June 2018 21:38Gewijzigd op 16 November 2020 13:34
Bestuurder A. J. Vogel van het Calvijn College in Zeeland neemt na 34 jaar afscheid. beeld Dirk Jan Gjeltema
Bestuurder A. J. Vogel van het Calvijn College in Zeeland neemt na 34 jaar afscheid. beeld Dirk Jan Gjeltema

Zeeland ís een gemeenschap, ondervond Vogel in de 34 jaar dat hij er werkte. Dat wist ook P. Kuijt, een van de pioniers in het reformatorisch onderwijs, hem te vertellen. „In de kerk van de gereformeerde gemeente in Woerden zaten we aan weerszijden van het gangpad. Daar kwamen we elkaar tegen en Kuijt zei, toen hij had gehoord dat ik in Goes was benoemd: „Kom eens langs.”

Die avond vertelde de oprichter van de Driestar over zijn jaren in Krabbendijke als hoofd van de lagere school en als oprichter van een mulo en een kweekschool. „Een gemakkelijke tijd was het niet altijd voor hem geweest, maar hij keek er positief op terug. „Het kost veel tijd om deel van de samenleving te worden, maar gun het de Zeeuwen en gun het jezelf”, zei hij. Ik was het niet gewend in een dorp te wonen en kende ook het eilandgevoel niet. Het was voor mij een andere wereld.”

Pythagoras

Vogel was opgegroeid in Den Haag en Utrecht. Met de eerste lichting onder de Mammoetwet kwam hij in Gouda in de havobovenbouw van de Driestar terecht. „Daar leerde ik Kuijt kennen, die er directeur was.”

Vogels zus zat er op de kweekschool. „Mij trok het voortgezet onderwijs meer.” Hij studeerde wiskunde aan de Rijksuniversiteit in Utrecht. „De tweedegraadslerarenvariant als dagstudent, voor de eerste graad daarna in de avonduren. Met een eindscriptie over de geschiedenis van de exacte wetenschappen. Ik vond het leuk om daarover te vertellen, bijvoorbeeld dat Pythagoras zijn stelling helemaal niet heeft bedacht, maar hem aan de Babyloniërs ontleende.”

Enkele maanden gaf Vogel les op de christelijke mavo in Bodegraven –hij kwam er als 19-jarige voor de klas te staan–, enkele maanden op de christelijke mavo in Boskoop. „Mijn vader was beroepsmilitair, daarom heb ik geen vrijstelling van militaire dienst gevraagd. Na 31 dagen werd ik echter afgekeurd en was ik werkloos.”

Hij woonde toen in Utrecht. Het arbeidsbureau wist één plek voor hem: in de –niet-christelijke– Werkplaats Kindergemeenschap van Kees Boeke in Bilthoven. „Heel boeiend om te ervaren hoe anders verhoudingen kunnen zijn. In de bovenbouw was daar geen lestijdverplichting. Toen ik eens een les niet goed had voorbereid, bemerkte ik dat de volgende keer: toen kwamen er slechts twee leerlingen. Het heeft mij ervan doordrongen dat leerlingen er recht op hebben dat docenten hun les goed voorbereiden.”

Van pc- naar refoschool

De Kalsbeekscholengemeenschap in Woerden bood Vogel negen jaar emplooi. „Drie jaar volledig voor de klas, vervolgens –naast de lesgevende taak– in deeltijd coördinator brugklassen, daarna in deeltijd conrector brugklassen.”

Intussen worstelde Vogel met de vraag of hij in het protestants-christelijke onderwijs moest blijven. „Ik wilde het niet te snel loslaten, maar het bestuur vroeg weleens openlijk wat ik nog op deze school deed terwijl mijn achterban volledig op de Driestar zat. Dat zette me wel aan het denken.”

Sollicitaties in Zoetermeer en Schoonhoven liepen op niets uit. „Het reformatorische voortgezet onderwijs groeide sterk, met nieuwe scholen in Hoevelaken, Apeldoorn en IJsselmuiden.” Aan de Voetiusscholengemeenschap in Goes werd Vogel in 1984 benoemd als „conrector met de opdracht negen maanden later rector P. Murre op te volgen. Toen ik er kwam, breidde de havo uit en werd het vwo opgestart. We gingen in één keer van 500 naar 700 leerlingen.”

Fusies

Als jonge rector –32 jaar– bouwde Vogel de school verder uit. „We wilden een fusie met de protestants-christelijke mavo in Tholen, die in die tijd van kleur verschoot en een reformatorische school werd. Maar dat kon niet, want Goes had wel een mavo, maar geen vbo. Dus toen werd Tholen deel van de scholengemeenschap in Krabbendijke. Vervolgens gingen Goes, Krabbendijke en Tholen een besturenfusie aan.” Een algehele fusie volgde al snel: één reformatorische scholengemeenschap voor heel Zeeland.

Sindsdien –nu 26 jaar– geeft Vogel leiding aan het Calvijn College. „We kozen bewust voor een naam die ook bij de buitenwacht enige herkenning oproept.”

De scholengemeenschap –momenteel 3150 leerlingen– telt zeven locaties, want Krabbendijke heeft er twee en Goes drie. „Elke locatie heeft zijn eigen karakter. Middelburg hoeft niet precies hetzelfde te zijn als Tholen, 70 kilometer verderop. Maar we zijn wel één school en geen verzameling; we hebben een gemeenschappelijk beleid.”

Reformatorische inhoud

Dat beleid stippelde de rector –die later voorzitter van het college van bestuur werd– samen met „minstens tien” sector- en locatiedirecteuren uit. Nu zijn er nog zes directeuren.

Het beleid kreeg steeds meer een eigen karakter, zegt Vogel. „In de begintijd onderscheidden onze scholen zich door hun toelatings- en benoemingsbeleid. Dat is nog steeds zo, maar de identiteit heeft ook veel meer gestalte gekregen in de inhoud van het onderwijs. Destijds was het Rijksleerplan de basis voor het curriculum. We zijn ons meer gaan bezinnen op het wat en hoe van ons onderwijs, als bestaansgrond van onze scholen. Daarom gaven we de vorming van leerlingen al volop aandacht voordat de overheid daarover begon. We wilden niet eenzijdig gericht zijn op de economische opbrengst van het onderwijs. Het gaat erom dat kinderen hun hoop op God leren stellen.

Leerlingbegeleiding ontwikkelden we al toen er van passend onderwijs nog geen sprake was. We willen ouders helpen bij het vervullen van hun doopbelofte, ook als een kind heel veel ondersteuning nodig heeft.”

Contacten over de grens

Bij de nadruk op de wezenlijke inhoud van het onderwijs vond Vogel herkenning in contacten met christelijke scholen in het buitenland. „Toen we bij de oplevering van het huidige gebouw in Goes in 1987 een actie voerden voor een christelijke school in Haïti, wilden we met die school een relatie aanknopen, maar dat werd niets. Met een school in het Roemeense Cluj hebben we echter al 26 jaar een warme band. Contact met jongeren uit christelijke gemeenschappen in het buitenland is voor onze leerlingen heel waardevol. Het zijn ervaringen waarover je hen jaren later nog hoort praten.”

Lesgeven heeft Vogel in Zeeland niet veel meer gedaan. „Wat uren wiskunde, in het begin, en later soms als invaller. En 25 jaar geleden gaf ik Frans, omdat we er niemand voor konden krijgen. Ik voegde twee klassen samen: zestig leerlingen. Twee leerlingen uit havo-5 die Frans in hun vakkenpakket hadden, hielpen. We dreunden elk met een deel van de groep woordjes op. Mijn huidige schoondochter herinnert het zich nog: wat een lawaai, maar wel heel leuk.”

Samenwerking

„Met vreugde” was Vogel in de achterliggende jaren voorzitter van het bestuurdersoverleg van de zeven reformatorische middelbare scholen. „We zijn elkaar meer gaan respecteren en waarderen. We dienen het geheel van het reformatorisch onderwijs.” Namens dat geheel zat Vogel vanaf de oprichting twee termijnen van vier jaar in de ledenadviesraad van de VO-raad, de koepel van het voortgezet onderwijs.

Belangrijk vindt de scheidende bestuurder ook het contact met de achterban. „Als college van bestuur overleggen we twee à drie keer per jaar met een adviesraad uit de kerken. Ik vraag daar niet: „Hoe vindt u dat het gaat?” maar ik leg er concrete dilemma’s neer.”

Het Calvijn College zocht daarnaast ook samenwerking binnen de provincie. „Toen we in 2000 startten met het opleiden van aankomende leraren besloten we al snel samenwerking met andere Zeeuwse scholen te zoeken. Zo kwam de Zeeuwse Academische Opleidingsschool (ZAOS) tot stand. Specifiek voor onze school was dat er een driejarige leerlijn identiteit kwam.” Met de andere scholen in Zeeland zijn er daarnaast inmiddels een gezamenlijk dienstencentrum en een gezamenlijke inkooporganisatie.

Dienaar

Na 34 jaar zwaait Vogel af; officieel op 26 september. Tot die tijd ondersteunt hij zijn opvolger, J. Bakker, die op 1 juni aan zijn inwerkperiode begon. Daarna gaat Vogel –die ook al 34 jaar in Kapelle woont– vrijwilligerswerk doen voor het Europees netwerk van christelijke scholen.

„Toen ik 25 jaar schoolleider was, wilde ik daaraan slechts met een weeksluiting aandacht besteden. Prof. dr. T. M. Hofman sprak er over ”dienen.” Dat typeerde de ontwikkeling die ik had doorgemaakt. Toen ik in Goes begon, stortte ik me volledig op het werk. Later moest ik leren dat een eigenwijze schoolleider een dienaar moest worden. Als ik de voorzitter van het Driestarbestuur, G. H. Verweij –die ik nog kende uit mijn Haagse tijd–, tegenkwam, zei hij: „Heb je ook weleens last van: Dit is het grote Babel dat ik gebouwd heb?” Hij had gelijk. De reformatorische scholen zijn Gods werk. Dat heb ik moeten leren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer