Grapperhaus: meer flexibiliteit bij politie
De korpschef en lokale politiechefs moeten meer ruimte krijgen om beslissingen te nemen binnen de politie. Die aanbeveling van de commissie-Kuijken neemt minister van Justitie en Veiligheid Ferd Grapperhaus over. De commissie bracht vorig jaar een rapport uit over de invoering van de Nationale Politie.
Een van de belangrijke aanbevelingen van de commissie ging over de aansturing van bovenaf. Volgens de onderzoekers moet de korpschef meer ruimte krijgen om de organisatie aan te sturen, en om bijvoorbeeld de onderhandelingen over de cao te voeren. De minister volgt deze aanbevelingen op, zo liet hij vrijdag weten.
De chefs die de verschillende regio’s aansturen moeten ook meer ruimte krijgen. Zo moeten zij bijvoorbeeld tot op bepaalde hoogte kunnen beslissen hoe ze hun budget besteden, afhankelijk van de lokale behoefte aan bijvoorbeeld personeel of juist materieel.
Grapperhaus neemt niet alle aanbevelingen van de commissie over. Kuijken raadde onder meer aan om het Landelijk Overleg Veiligheid en Politie te laten leiden door een onafhankelijk voorzitter. Momenteel zit de minister voor, en daar wil Grapperhaus geen verandering in brengen. Hij vindt zo’n „nieuw institutioneel figuur” niet binnen de politie passen.
De commissie adviseerde ook om de verschillende petten die de minister op heeft als „opdrachtgever, eigenaar en toezichthouder te ontvlechten”. Grapperhaus vindt dat hij hier gehoor aan geeft door de korpschef en de teamchefs meer ruimte te geven, maar benadrukt dat hij als minister wel eindverantwoordelijke blijft. Belangrijk is om momenteel geen ingrijpende wijzigingen in het systeem door te voeren, benadrukt de minister.
Grapperhaus wil over vijf jaar een nieuwe evaluatie laten uitvoeren. Dat adviseerde de commissie-Kuijken ook.