Internationaal Strafhof laat Bemba vrij
Jean-Pierre Bemba, de voormalige Congolese vicepresident, mag de gevangenis verlaten en zich bij zijn familie in België voegen. Dat heeft het Internationaal Strafhof ICC in Den Haag bepaald nadat zijn advocaat Melinda Taylor daar dinsdag om had gevraagd. De rechters spraken Bemba vorige week in hoger beroep vrij maar lieten hem niet onmiddellijk gaan vanwege nog een ander proces.
Bemba werd in 2016 veroordeeld tot een celstraf van achttien jaar wegens oorlogsmisdaden en misdaden tegen de menselijkheid. Militairen die onder zijn bevelvoering vielen, zouden zich in de Centraal-Afrikaanse Republiek schuldig hebben gemaakt aan moord en verkrachting. Het Hof van beroep vond in meerderheid (3 tegen 2) dat de oud-krijgsheer niet verantwoordelijk kan worden gesteld voor de vergrijpen van zijn ondergeschikten.
Bemba (55) kan onder voorwaarden naar zijn vrouw en vijf kinderen, die in België wonen, toe. De rechters in Den Haag hebben hem verboden in het openbaar uitspraken te doen over een tweede zaak, die nog loopt. Bemba is ook nog beschuldigd van omkoping van getuigen en van belemmering van de rechtsgang.
In theorie kan hij daarvoor vijf jaar krijgen plus een boete. Omdat hij al sinds 2008 vastzit, kan hij volgens Taylor hooguit een paar maanden terug moeten naar de gevangenis. Alleen daardoor al bestaat er volgens haar geen gevaar dat hij er vandoor gaat.
Bemba mag tot de uitspraak - op 4 juli is een hoorzitting - geen contact opnemen met de getuigen die hij zou hebben beïnvloed en moet hij het hof op de hoogte houden van zijn verblijfplaats. Hij mag wel praten over de herroeping van het vonnis wegens oorlogsmisdaden.