Ouderenpartijen achtervolgd door ruzies
50PLUS moet het met onmiddellijke ingang zonder hoofdbestuur stellen. Bestuursleden gingen de afgelopen maanden al rollebollend over straat, in een traditie die ouderenpartijen al decennia parten speelt. Het gaat er niet zelden wat ordinair aan toe, en een enkele keer vallen er zelfs klappen.
Dat begon al meteen in de jaren negentig, toen de ouderenpartijen hun intrede deden aan het Binnenhof. Het Algemeen Ouderen Verbond (AOV), dat in 1994 als volstrekte nieuwkomer liefst zes Kamerzetels haalde, viel in een mum van tijd ruziënd uiteen. De kissebissende AOV’ers deden er alles aan elkaar ten val te brengen, soms zelfs letterlijk. Dat leidde tot afsplitsingen, waarna de breuk vaak ook nog eens repeteerde.
Na één kabinetsperiode was het alweer gedaan met het AOV, de afsplitsingen en de Unie 55+, het tweede ouderenpartijtje dat de Kamer telde. Het duurde tot 2012 voor er met 50PLUS weer een ouderenpartij haar entree maakte in het parlement. Al gauw bleek het project van Jan Nagel evenmin immuun voor interne ruzies. Binnen twee jaar werden twee kopstukken uit de partij gezet omdat ze aan de gemeenteraadsverkiezingen wilden meedoen met een eigen partij.
Het ging echt mis toen politiek leider Henk Krol het veld moest ruimen. Hij was in opspraak gekomen doordat hij geen pensioenpremies zou hebben betaald. Krols opvolger Norbert Klein en fractiegenoot Martine Baay kregen ruzie en weken van chaos volgden. Het bestuur koos voor Baay, waarop Klein zich afsplitste en alleen verder ging.
Met de terugkeer van Krol in Den Haag en van Jan Nagel als partijvoorzitter leek de rust weer te keren. De vraag of de partij zou meedoen aan de gemeenteraadsverkiezingen (en wie er raadslid zouden mogen worden) zaaide opnieuw verdeeldheid, maar die werd bezworen. Datzelfde leek te gelden voor de onvrede over de mislukte campagne voor de Tweede Kamerverkiezingen van vorig jaar. Nagel meende met een gerust hart het stokje te kunnen overdragen aan de nieuwe voorzitter Jan Zoetelief.
Daarop heeft de partijtop zich verkeken, stelt Krol. Zoetelief zou zich hebben ontpopt als een autoritaire man die zijn medebestuurders in een ommezien tegen zich in het harnas joeg. De Haagse top keerde zich tegen Zoetelief, die herverkiezing op de ledenvergadering eind deze maand daardoor al op zijn buik leek te kunnen schrijven. Het aftredende bestuur bleek zelfs die eindstreep niet te halen en viel maandagavond luidruchtig uiteen.