3200 grote grazers overleven winter niet
Afgelopen winter zijn in de Oostvaardersplassen 3226 dieren doodgegaan. Dat is fors meer dan vorig jaar toen tussen 1 december en 30 april 813 dieren stierven. De meeste grazers (89 procent) zijn afgeschoten omdat ze te zwak waren om de winter te overleven, meldt Staatsbosbeheer maandag. Het gaat om 2684 edelherten, 75 Heckrunderen en 467 konikpaarden.
Deze lange winter was er voor de grazers weinig voedsel te vinden in het natuurgebied tussen Lelystad en Almere. Actievoerders trokken zich het lot van de sterk vermagerde dieren aan en demonstreerden herhaaldelijk tegen de omstandigheden waarin de wilde dieren moeten leven. Uiteindelijk leidde dat ertoe dat de grazers tot begin mei werden bijgevoerd. Na twee zachte winters waren er veel dieren in het gebied. In het najaar van 2017 werden er bij een telling circa 5230 grote grazers in het gebied waargenomen.
Er zijn nu zo’n 2200 paarden, runderen en herten in het natuurgebied tussen Lelystad en Almere, bijna net zoveel als in 2002. Een commissie onder leiding van CDA’er Pieter van Geel adviseerde onlangs dat aantal in de toekomst te halveren tot 1100. De deskundigen willen in de toekomst massale dierensterfte in het gebied voorkomen, onder meer door het aantal dieren drastisch te verminderen. De provincie Flevoland moet zich nog over het advies buigen.