Wereldeconomie is gewend geraakt aan monetair infuus
Toen de crisis uitbrak, gooiden de centrale banken alles in de strijd om die tegen te gaan. Commerciële banken kregen ongelimiteerde leningen tegen een officiële rente die vrij snel naar de 0 procent ging.
Daarnaast meldden de Europese Centrale Bank (ECB) en de Amerikaanse Fed zich met tientallen miljarden per maand op de rentemarkt om de rentes van alle looptijden naar nooit eerder geziene niveaus te drukken. Veel landen konden of kunnen nog steeds gratis geld lenen. Dat exceptionele beleid hielden de centrale banken inmiddels een vol decennium in stand. En dat creëert problemen die grote gevolgen zullen hebben.
De ECB en de Fed zijn inmiddels begonnen met wat economen het normaliseren van hun beleid noemen, dus het terugdraaien van die exceptionele maatregelen. Pompte de ECB eerder 80 miljard euro per maand in de economie, inmiddels is dat teruggezakt tot 30 miljard. Uiterlijk eind dit jaar stopt de bank er helemaal mee. In de VS is de Fed er al mee gestopt en bezig met het verhogen van de officiële rente.
De centrale banken doen dit omdat ze heel goed weten dat het niet de vraag is óf er in de toekomst weer een periode van lage economische groei c.q. een recessie zal optreden, maar wannéér. Op- en neergang is de natuurlijke beweging van een economie.
Zou zo’n periode van lagere groei optreden terwijl de officiële rentes op of dicht bij de 0 procent liggen, dan hebben de Fed’s en de ECB’s van deze wereld een groot probleem. De normale reactie van elke centrale bank op dalende economische groei is de rentes verlagen. Maar als die niet ver van de 0 procent liggen, sta je als centrale bankier zonder wapens. Om die nachtmerrie te voorkomen, willen de centrale banken de rentes verhogen nu de zon schijnt. En daar lopen ze tegen een probleem aan.
Die renteverhogingen op zichzelf kunnen namelijk zo’n neergang juist veroorzaken, nog voordat de rentes zo hoog zijn dat ze voldoende ruimte hebben om de economie te stimuleren. De wereldeconomie heeft namelijk al ruim een decennium te maken met rentestanden van (zo goed als) 0 procent. Ze is gewend geraakt om aan een stevig monetair infuus te hangen. Niemand, ook centrale bankiers niet, weet hoe de wereldeconomie zal reageren als dat infuus wordt weggehaald. Het zou me niet verbazen als de centrale bankiers aan beide kanten van de oceaan daarom noodgedwongen zeer voorzichtig de rentes gaan verhogen, oftewel dat het proces van beleidsnormalisatie jaren gaat duren. Grote kans dat wanneer de economische groei weer gaat dalen –nogmaals, het is niet de vraag óf dat gaat gebeuren, maar wannéér en hoe sterk de daling zal zijn– en de economie een stevig infuus nodig heeft, de centrale bankiers hooguit een halve paracetamol zullen kunnen bieden. Zullen ze het dan opgeven? Nee, dat verwacht ik niet. Wél verwacht ik dat ze veel maatregelen die we tot voor kort exceptioneel noemden, weer van stal zullen halen.
Is dit een academische discussie? Was dat maar waar! Helaas zijn de gevolgen ervan voor de gewone man in de echte wereld buiten de glinsterende kantoren van de centrale banken zeer reëel. Spaarders bijvoorbeeld moeten er rekening mee houden dat de spaarrente nog heel lang nabij de 0 procent zal blijven liggen. Een verstandig mens gaat dan op zoek naar alternatieven.
De auteur is hoofdeconoom van OHV Vermogensbeheer.