De kandidaat van de Democratische Partij (DS) kreeg zondag ruim 53 procent van de kiezers achter zich. Zijn nationalistische tegenstander Tomislav Nikolic van de Servische Radicale Partij (SRS) bleef steken op 45 procent (300.000 stemmen minder).

De 46–jarige hervormingsgezinde Tadic eiste de overwinning op en de SRS erkende haar nederlaag. De opkomst onder de 6,5 miljoen kiezers was met ruim 48 procent veel hoger dan verwacht.

„Dit is een overwinning van onze ideeën over onze Europese toekomst", aldus de zegevierende nieuwe president tegen zijn aanhangers. Hij beloofde Servië beter in Europa te integreren.

De Europese Unie reageerde opgelucht en beloofde de Servische hervormers te steunen. Tadic droeg zijn overwinning op aan premier en partijgenoot Djindjic, die in maart 2003 is doodgeschoten.

Met Tadic heeft Servië na anderhalf jaar weer een staatshoofd. Eerder waren drie pogingen een president te kiezen mislukt. Servië is het grootste land in de unie van Servië en Montenegro, de opvolger van Joegoslavië.

De Serviërs konden kiezen tussen de nationale geldingsdrang van Nikolic en het pro–Europees pragmatisme van Tadic. Bij de eerste ronde op 13 juni kreeg de radicale Nikolic met 30 procent nog de meeste stemmen.

Alle gematigde krachten in het politieke spectrum schaarden zich vervolgens achter de kandidatuur van Tadic. Zij vreesden dat Nikolic met zijn pleidooi voor een Groot–Servië nieuwe spanningen op de Balkan zou veroorzaken.

Servië zat sinds eind 2002 zonder president, toen Milan Milutinovic zich overgaf aan het Joegoslavië–Tribunaal in Den Haag om terecht te staan wegens oorlogsmisdaden. Hij was een trouwe bondgenoot van de verdreven president Milosevic, die eveneens in Den Haag wordt berecht.