Echtpaar Van den Berg vertelt over „een leven vol wonderen”
Het leven van ds. C. van den Berg en zijn echtgenote is „vol van Gods wonderen.” Dat bleek woensdagmorgen toen ze in Veenendaal verslag deden van hun werk in dienst van Gods Koninkrijk.
Het echtpaar sprak tijdens de halfjaarlijkse ontmoetingsdag van hervormd-gereformeerde emeritus predikanten en predikantsvrouwen in de Julianakerk in Veenendaal. Ongeveer zeventig mensen bezochten de bijeenkomst.
Het onderwerp van het verhaal van ds. Van den Berg, hervormd predikant te Ouddorp, en zijn vrouw was: ”De rode draad van Gods voorzienigheid bij het werk in Zijn Koninkrijk”. Die voorzienigheid blijkt volgens het tweetal uit „grote zaken zoals de roeping tot het zendingswerk”, maar ook uit „kleine dingen, zoals een toevallige ontmoeting.”
Over zijn roeping tot Zuidoost-Azië vertelt ds. Van den Berg dat hij tot drie keer toe een luide stem hoorde die sprak: „Wie zal ik heenzenden?” Na de derde keer wist hij dat het de roep van God was. Mevrouw Van den Berg vond het erg moeilijk om te vertrekken. „Ik begreep niet dat we met een gezin met acht kinderen naar Azië moesten. Maar de Heere heeft mijn hart ingewonnen. Het volk is me lief geworden.”
Gods voorzienigheid heeft het echtpaar ook opgemerkt in de adoptie van Samuel en Grace, twee Aziatische kinderen met een waterhoofd. Het duurde jaren voordat ze de kinderen konden adopteren. „De brief met de toestemming kwam aan tijdens een gezinsdienst. Nu gaat Grace mee naar de gevangenissen in Roemenië en zingt ze daar het lied Amazing Grace.”
Een wonder van andere aard was de doop van een regeringsambtenaar, vertelde ds. Van den Berg. „Hij lette veel op ons maakte het ons voortdurend erg moeilijk. Na zeven jaar zei hij dat het christelijke verhaal diepte had en dat hij, als hij met pensioen ging, gedoopt wilde worden. Dat is inderdaad gebeurd, hoorde ik tijdens mijn laatste reis. Vijanden worden met God verzoend.”
Na terugkomst van zijn bezoek aan Azië voelde ds. Van den Berg zich schuldig, omdat hij zo weinig tot stand had gebracht. „Een inlandse werker, die ik zelf had opgeleid, vertelde echter dat er nu 420 evangelisten in de bergdorpen werken. Die ene werker had andere evangelisten opgeleid. Op hun beurt leidden zij weer andere evangelisten op. Toen was ik stil.”
Gevangenis
Bijzondere momenten waren er ook in de gevangenissen in Roemenië die hij bezoekt, vertelde ds. Van den Berg. Dat werk doet hij samen met enkele gezinsleden. Zo vertelde een gedetineerde in Baia Mare dat hij Johannes 3:16 tijdens zijn periode in hechtenis had geleerd. De man noemde die tekst „het gouden vers uit de Bijbel.”
Toen de predikant onlangs weer in de Noord-Roemeense gevangenis kwam, vertelde diezelfde gevangene dat hij spoedig vrij zou komen. Inmiddels had hij zestien jaar gezeten. Hij gaf de Nederlandse predikant een bemoedigende tekst mee, uit Psalm 50:15: „En roept Mij aan in den dag der benauwdheid; Ik zal er u uithelpen, en gij zult Mij eren.”
Ten slotte vertelde ds. Van den Berg nog het „heel kleine” verhaal van een ontmoeting tijdens de Roemeense Revolutie in 1989. In die tumultueuze periode sprak hij bij een rivier een jongeman die zei dat de tiran Ceausescu niet ten val zou komen. Daarop zocht de predikant zijn Bijbel op en las hij Psalm 99, waarin staat dat de Heere regeert. De jongeman reageerde: „Dat geldt niet voor Ceausescu.”
De dictator kwam echter wel ten val. Toen ds. Van den Berg later weer in Roemenië was, kreeg hij het verlangen om die jongeman te ontmoeten. Hij had echter geen contactgegevens van hem. De predikant reed naar de rivier en zag de jongen in de achteruitkijkspiegel aankomen. „We stopten en hij haalde zijn Bijbel tevoorschijn. Hij bladerde erin en wees Psalm 99 aan.”
Lees ook in Digibron:
In gevangenissen - Predikant buiten de gemeente [3, ds. C. van den Berg] (De Waarheidsvriend, 15-04-2016)
Vreemdeling in Nieuwerbrug - interview (Reformatorisch Dagblad, 17-02-2012)
Tentenmaker komt terug - Ds. C. van den Berg zag telkens mensen veranderen (De Waarheidsvriend, 16-02-2012)