Winstbelasting wordt nationaal geheven. Multinationals maken gebruik van de verschillende regels in de EU om met kosten en opbrengsten zodanig tussen de lidstaten te schuiven dat ze zo min mogelijk betalen. In de gezamenlijke grondslag voor de vennootschapsbelasting wordt voor alle EU-landen vastgelegd waarover bedrijven precies belasting moeten betalen en wat ze kunnen aftrekken.

Diezelfde regels gaan vooralsnog alleen gelden voor bedrijven met een omzet hoger dan 750 miljoen euro, heeft de Europese Commissie voorgesteld. Volgens EU-parlementariër Paul Tang (PvdA), die rapporteur is over het dossier, is het huidige belastingsysteem dringend aan modernisering toe. Zo moeten er ook regels komen voor internetbedrijven, die in veel landen klanten hebben maar omdat ze er niet gevestigd zijn daar geen winstbelasting betalen.

Veel lidstaten, waaronder Nederland, zijn niet happig op Europese belastingwetgeving. Al in 2011 deed de commissie een voorstel voor een gezamenlijke grondslag voor de winstbelasting en, als volgende stap, het binnen een bandbreedte brengen van de verschillende tarieven in de EU. Dat voorstel strandde. Voor beslissingen over belastingen is unanimiteit nodig.

Eind 2016 diende EU-commissaris Pierre Moscovici (belastingen) een herziene versie waarin de tarieven buiten beschouwing worden gelaten. Die heeft het parlement nu op onderdelen aangescherpt.

Esther de Lange (CDA) stemde tegen. „Dit is een sprong in het diepe waar we nog niet klaar voor zijn.”