„ING en Aegon nog groot in kernwapens”
ING en Aegon behoren tot negen Nederlandse investeerders in de kernwapenindustrie. De bank en de verzekeraar zijn door vredesorganisatie PAX op de Wall of Shame gezet. Pensioenfonds ABP is de grootste Nederlandse investeerder in bedrijven die kernwapens maken, maar krijgt desondanks een pluim omdat het in januari bekendmaakte die investeringen van de hand te doen.
ABP had vorig jaar 951,7 miljoen dollar in de makers van kernwapens geïnvesteerd. ING zat het pensioenfonds met een investering van 927,1 miljoen dollar op de hielen. Bovendien was het geïnvesteerd vermogen van ING meer dan twee keer zo hoog als in 2016.
Toch heeft PAX ook voor ING hoop. „In onze ogen zou ING de volgende investeerder moeten zijn die alle kernwapenproducenten uitsluit van investeringen”, stelt PAX-programmamedewerker Selma van Oostwaard. Aegon stak vorig jaar bijna 809 miljoen dollar in producenten van kernwapens. Ook de verzekeraar voerde zijn investering flink op.
ING stelt in een reactie geen nucleaire wapens te financieren. Wel steekt het geld in bedrijven die deels betrokken zijn bij de productie van kernwapens, maar dan financiert de bank alleen de andere activiteiten. Het overgrote deel van de investeringen die PAX opvoert, zitten volgens ING in vliegtuigmaker Airbus, industrieconglomeraat Honeywell en ingenieursbedrijf Fluor. In bijvoorbeeld Airbus-dochter Ariane wordt dus niet geïnvesteerd.
Aegon laat in een reactie weten op dezelfde manier om te gaan met bedrijven die deels betrokken zijn bij kernwapenproductie. Daarnaast gaat het bedrijf als investeerder de dialoog aan met bedrijven waar het geld in steekt. „Wij geloven wel dat het uiteindelijk een taak is voor overheden om te zorgen dat kernwapens worden afgeschaft.”
In de periode van 2014 tot en met 2017 staken 390 financiële instellingen 525 miljard dollar in de twintig grootste producenten van kernwapens. Dat was een afname van dertig institutionele beleggers, maar een toename van het geïnvesteerde vermogen met 81 miljard dollar, blijkt uit het rapport Don’t Bank on the Bomb.