Emigrant opent in Griekenland stroopwafelbakkerij Dámaris
Een Nederlandse lekkernij die wordt verkocht onder een Griekse naam: Dámaris. Emigrant Maarten Verhoef opende recent een stroopwafelwinkel in de Noord-Griekse stad Peraia, nabij Thessaloniki.
Verhoef (48) werd geboren in Athene en groeide op in een Nederlands adoptiegezin. Hij is getrouwd met Jeanine en vader van drie zoons en een dochter in de leeftijd van 4 tot en met 11 jaar. In de zomer van 2015 emigreerde het baptistengezin naar Griekenland, met het verlangen daar het Evangelie te verspreiden en hulp te bieden aan onder anderen vluchtelingen en daklozen. Verhoef krijgt hiervoor een „kleine financiële ondersteuning” van een Nederlandse achterban.
Het idee om een stroopwafelbakkerij te beginnen, ontstond vorig jaar. „Grieken zijn dol op zoetigheid. Op mijn verjaardag bakte ik stroopwafels met een oud kniepertjesijzer van mijn moeder. Onze buren vonden ze heerlijk. Het is een simpel product dat de Grieken aanspreekt. Daar speel ik op in. Het liefst had ik een marktkraamwagen gewild –daarmee sta je dichter bij de mensen–, maar de vergunning kreeg ik niet rond. Daarom koos ik voor een winkel.”
Verhoef vond een geschikt huurpand in het centrum van Peraia, naast een Grieks-orthodoxe kerk en op 50 meter afstand van de plek waar vanaf april dagelijks de veerboot vanuit Thessaloniki aanmeert. Binnen zeven weken –„Dat is voor Griekse begrippen heel snel”– kreeg hij van de gemeente een vergunning om daar een stroopwafelwinkel te beginnen. De emigrant, die in 1988 de hotelschool afrondde, verbouwde het pand, importeerde stroopwafelijzers uit Nederland en ging aan de slag.
Eind vorig jaar opende hij de zaak, waarin ook zijn vrouw meewerkt. Het assortiment bestaat behalve uit stroopwafels uit stroopwafelcake, muffins en softijs met stroopwafelkruimels. Verhoef noemde de winkel Dámaris Gkofreta (het laatste woord is Grieks voor stroopwafel). „Dámaris –mijn dochter heet ook zo– is een Griekse vrouw die van Paulus het pure Evangelie hoorde en tot geloof kwam, staat in Handelingen 17. Wij verkopen hier een puur product en geven klanten een A4’tje mee met een uitleg over wie Dámaris was.”
De dag na de opening bleek de glazen winkelpui kapotgeslagen te zijn. Wie dat gedaan heeft, weet Verhoef niet. „Er is niets gestolen, maar de ravage was groot. Ik liet me er niet door ontmoedigen en ben gewoon verder gegaan.” De aanloop is nu nog beperkt, maar vanaf het voorjaar verwacht Verhoef meer bezoekers. Intussen krijgt hij geregeld bestellingen van Nederlanders uit heel Griekenland. „Ik zorg ervoor dat de verse stroopwafels binnen 24 uur bij hen worden bezorgd.” Met klanten die de winkel binnenlopen, maakt Verhoef graag een praatje. „Dit is geen zaak waar ik rijk mee zal worden, maar het is een brug naar de Grieken. Ik ontmoet hier nogal eens mensen die eenzaam of somber zijn en bied hun graag een luisterend oor. Daarbij is er geregeld de mogelijkheid te getuigen van de Heere Jezus, in dit land waar velen Hem niet persoonlijk kennen.”