Kan minister Zijlstra nog dienaar zijn van het volk?
Het is een spannende dag voor de minster van Buitenlandse Zaken, Zijlstra. Nadat hij maandag, onder druk van een journalist van de Volkskrant, heeft toegegeven gelogen te hebben over een bezoek aan Rusland in 2006, zit hij diep in de problemen. Op een verkiezingscongres van de VVD in 2016 vertelde hij dat hij in 2006 aanwezig was in een buitenhuis van de Russische president Poetin, waar hij die hoorde zeggen te streven naar een Groot Rusland. Inmiddels is duidelijk geworden dat Zijlstra daar niet aanwezig was, maar deed alsof om z’n bron te beschermen.
Die bron –de voormalige Shelltopman Van der Veer– heeft maandag de positie van Zijlstra nog verder ondergraven door te zeggen dat Poetin hier sprak over de geschiedenis en niet over het heden. Naast een leugen was er blijkbaar ook een verkeerde interpretatie van de uitspraken van de Russische president.
Ondertussen is Zijlstra niet alleen in Nederland, maar wereldwijd een mikpunt van spot geworden. Op sociale media worden foto’s geplaatst met het portret van Zijlstra ingemonteerd bij belangrijke gebeurtenissen. Onder het motto: ”Halbe was erbij”. Anderen spreken niet meer van „halve waarheden”, maar van „Halbe waarheden”, met een knipoog naar de voornaam van de minister.
Er is echter één groep mensen die met nog veel verdrietiger gevoelens de blamage van Zijlstra aanziet dan andere Nederlanders. En dat zijn de nabestaanden van de slachtoffers van de ramp met de MH17. Het is namelijk uitgerekend de minister van Buitenlandse Zaken die Rusland bij de les moet houden als het gaat om dit dossier. De Nederlandse regering heeft de nabestaanden beloofd dat de onderste steen boven moet komen in het vliegtuigdrama. Als minister van Buitenlandse Zaken moet Zijlstra de man zijn die met gezag de Russen, wanneer dat nodig blijkt, kan tegenspreken. Dat gezag lijkt volledig verdampt. Zoals een parlementslid maandag zei, heeft Poetin door de leugen van Zijlstra een niet-uitgepakt cadeautje in de la liggen dat hij op ieder door hem gewenst moment kan inzetten tegen Zijlstra en dus, indirect, tegen de nabestaanden van de MH17.
Zijlstra wist waar hij aan begon, toen hij minister werd. Hij wist ook dat hij in 2016 gelogen had over dat bezoek in 2006 aan Poetin. En dat hij daarover vervolgens vele jaren had gezwegen, zelfs toen hij werd gevraagd als minister.
Hij zal dus allereerst zelf antwoord moeten geven op de vraag of hij, na zijn leugen en zijn langdurige zwijgen daarover, de nabestaanden van de MH17 nog recht in de ogen kan kijken.
Een minister is een dienaar, zoals het woord zegt. Zijlstra moet zich, voordat de Tweede Kamer spreken zal, afvragen of hij in de meest betekenisvolle zin van het woord nog een dienaar zijn kan van de bevolking en in het bijzonder van de nabestaanden van de MH17.