Wetenschap & techniek

Europa viert tien jaar onderzoek met ruimtelab Columbus

De Europese ruimtevaartorganisatie ESA staat deze maand stil bij de mijlpaal dat haar ruimtelaboratorium Columbus tien jaar in bedrijf is. In het afgelopen decennium werden er niet minder dan 225 experimenten uitgevoerd bij omstandigheden die op aarde niet na te bootsen zijn. In het ruimtelab betekent dat: gewichtloosheid. Voor de platforms aan de buitenkant van de module betekent dat: onderzoek in vacuüm en bij veel hogere stralingsniveaus dan op aarde gebruikelijk is.

Anca Boon
6 February 2018 12:46Gewijzigd op 16 November 2020 12:34
Het Columbuslaboratorium wordt uit het laadruim van spaceshuttle Atlantis getild en aan het ISS gekoppeld. beeld NASA
Het Columbuslaboratorium wordt uit het laadruim van spaceshuttle Atlantis getild en aan het ISS gekoppeld. beeld NASA

De Columbus werd op 7 februari 2008 gelanceerd in het vrachtruim van de spaceshuttle Atlantis, vanaf Kennedy Space Center in Florida. Enkele dagen later, op 11 februari, koppelde de bemanning het ruimtelaboratorium aan het internationaal ruimtestation ISS. ESA-astronaut Leopold Eyharts herinnert zich nog goed hoe hij als eerste het licht mocht aandoen, zei hij in een interview met nieuwszender Euronews.

De laboratoriummodule is de enige Europese bijdrage aan het ISS, afgezien van de bevoorradingsmodules, de Automated Transfer Vehicles of ATV’s. Volgens de Italiaanse astronaut Paolo Nespoli, die afgelopen jaar voor de tweede keer een halfjaar in het station verbleef, is het daarmee ook een beetje het ‘thuis’ van Europese astronauten op ruimtemissie.

Tien rekken –elk ter grootte van een telefooncel– vormen de wanden van de module. Astronauten verrichten er medische metingen, waarbij ze zelf proefkonijn zijn, voeren materiaal- en vloeistofonderzoek uit en kweken planten en groenten onder gewichtloze omstandigheden. De module ziet er altijd wat rommelig uit, met apparatuur en experimenten en voorraadpakketten die aan vloer, plafond en wanden zijn bevestigd. Europeanen blijken het, zowel op aarde als in de ruimte, een uitdaging te vinden om een kleine ruimte optimaal te benutten.

Vier platforms aan de buitenkant van de module bieden eveneens experimenteermogelijkheden. Zo werden micro-organismen, van bacteriën tot korstmossen, en een aantal larvesoorten in bakjes blootgesteld aan het vacuüm van de ruimte – een deel in de zon, een deel in de schaduw. Van de beestjes die niet blootstonden aan de intense uv-straling van de zon overleefde een aantal soorten het experiment. Dit tot verrassing van onderzoekers.

Ook in het ruimtestation staat de bemanning bloot aan hogere stralingsniveaus dan op aarde. Welke materialen de stralingsdosis verhogen of juist verlagen, is eveneens onderwerp van onderzoek. Zo brengt het experiment Dosis3D over langere tijd in kaart hoe de straling op verschillende plaatsen in de Columbusmodule fluctueert.

De koppeling van het ruimtelab was een zaak van lange adem voor ESA. In 1995 besloten de elf ESA-landen tot de bouw van de Columbus. Toen de module klaar was, liep de lancering jaren vertraging op: nadat het ruimteveer Columbia in februari 2003 verongelukte, stonden de spaceshuttles een paar jaar aan de grond en lag de bouw van het ISS zo goed als stil.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer