Politiek

Slob roep hulp Kamer in bij beleid onderwijsachterstanden

Minister Slob van Onderwijs gaat het achterstandenbeleid op de schop nemen. Maar hij weet nog niet precies hoe. De bewindsman roept de hulp van de Tweede Kamer in en daarna maakt hij een keus.

1 February 2018 10:50Gewijzigd op 16 November 2020 12:32

De verdeling van het geld voor onderwijsachterstanden is een uitermate politiek gevoelig thema. Dat is ook een van de redenen waarom Slob nu nog geen knopen doorhakt. In een brief die hij woensdag naar de Tweede Kamer stuurde, schetst hij vijf varianten. Daarover wil de bewindsman half februari met de Kamer overleggen en daarna neemt hij een besluit dat in 2019 in moet gaan.

Het onderwijsachterstandenbeleid bestaat uit twee componenten. De eerste is de financiering van voorschoolse opvang voor peuters tussen de 2,5 en de 4 jaar. In het regeerakkoord is afgesproken dat de voorschoolse educatie voor kinderen met een achterstand wordt uitgebreid van tien naar zestien uur per week.

De tweede pijler is de zogenoemde gewichtenregeling. Scholen krijgen extra budget per kind als de ouders van de leerling een lage opleiding volgden. Dit bedrag daalde de afgelopen jaren gestaag omdat het gemiddelde opleidingsniveau toeneemt.

Het opleidingsniveau is echter niet altijd een goede indicator, omdat kinderen van ouders die in het buitenland een goede opleiding volgden, toch een taalachterstand kunnen hebben.

Op verzoek van de overheid ontwikkelde het CBS daarom een andere indicator. Daarbij wordt er niet alleen gekeken naar het opleidingsniveau, maar ook naar het land van herkomst, de verblijfsduur in Nederland en of het gezin waaruit het kind afkomstig is in de schuldsanering zit.

Het grootste knelpunt zit momenteel bij de verdeling van het geld voor gemeenten. Het grootste deel van dat geld gaat naar de grootste gemeenten. De verschillen zijn enorm. Zo is er in de vier grote steden 2000 euro per jaar per achterstandskind beschikbaar en in kleinere gemeenten zo’n 300 euro.

Slob schetst nu een aantal scenario’s waarin afwisselend de omvang van de groep groter wordt en dan weer meer gekeken wordt naar het niveau. Welke keuze ook gemaakt wordt, altijd zal er een groep minder geld krijgen. En die gaat natuurlijk flink protesteren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer