De ministers van Landbouw van de lidstaten onderschrijven het actieplan dat door de Europese Commissie hiervoor is opgesteld. Zij waren maandag voor een vergadering bijeen in Luxemburg. Een stevige promotiecampagne moet bevorderen dat de consument de bewuste producten gaat kopen.

Veel landen binnen de Unie kennen al een aanpak, met logo’s en subsidieregelingen, om deze vorm van landbouw een duw in de rug te geven. Voorzover bekend is de sector in Oostenrijk relatief het grootst. Daar wordt zo’n 10 procent van het marktaanbod volgens de strengere voorschriften geteeld. Het Europese actieplan voorziet in een aanvulling op de reeds lopende programma’s.

Minister Veerman hoopt in het najaar met zijn collega’s concrete voorstellen te bespreken. Nederland is dan voorzitter van de EU. De bewindsman stelt zich overigens op het standpunt dat overheidshulp slechts van tijdelijke aard dient te zijn. „Als het publiek deze producten niet wenst, moeten we niet blijven stimuleren”, aldus Veerman. Hij wil verder geen gedetailleerde regeltjes, om te voorkomen dat bedrijven geconfronteerd worden met veel administratieve lasten.

De ministers verschillen van mening over de toegestane hoeveelheid genetisch aangepaste bestanddelen in biologische artikelen. Duitsland, Frankrijk en Oostenrijk bepleiten een lagere norm dan de gangbare 0,9 procent. Italië, Finland en Hongarije verlangen zelfs een totaal verbod. Veerman voelt niet voor een afwijkende bepaling. Vervuiling met genetisch gewijzigde stoffen kan namelijk gemakkelijk per ongeluk optreden. Door een laag percentage te hanteren, zouden dan veel goede producten niet meer biologisch kunnen zijn, luidt zijn redenering.