Mullah Krekar veroordeeld tot vijftien jaar dwangarbeid
Een Jordaanse rechter heeft de Iraaks–Koerdische Mullah Krekar woensdag bij verstek veroordeeld tot vijftien jaar dwangarbeid. De in Noorwegen wonende leider van de radicale Ansar al–Islam is schuldig bevonden aan terrorisme en steun aan het al–Qaeda–netwerk van Osama bin Laden.
Het proces tegen Krekar maakte deel uit van een massaproces tegen in totaal vijftien personen van wie er slechts een aanwezig was in de rechtszaal. Ahmad al–Riyati was de enige beklaagde die tegenover de rechters stond. Hij kreeg net als Krekar en zeven anderen vijftien jaar opgelegd. De aanklachten tegen de overige zes werden ingetrokken omdat de verdachten zijn overleden.
Ahmad al–Riyati hoeft van de president van de rechtbank niet zijn volledige straf uit te zitten. „Om hem de kans te geven zichzelf te verbeteren en gezien het feit dat hij broodwinner is" halveerde magistraat Fawwaz Bkur de straf van de Jordaniër.
De Noorse justitie zei juist dinsdag haar onderzoek naar Krekar te hebben gestaakt. Justitie kon niet genoeg bewijs verzamelen om een aanklacht wegens terrorisme en doodslag tegen de moslimgeestelijke hard te maken. De politie onderzocht verdenkingen van poging tot moord op politieke rivalen in Irak. Ook vermoedde de politie dat Mullah Krekar had aangezet tot criminele activiteiten.
Krekar heeft altijd alle banden met terrorisme ontkend. Sinds 1991 woont hij in Noorwegen als vluchteling. De Noorse autoriteiten wilden hem terugsturen naar Irak, maar daar is door de oorlog niets van gekomen. Krekars beroep tegen die uitzetting loopt nog. Zijn advocaat zei dinsdag dat Krekar mogelijk recht heeft op een schadevergoeding.
Onlangs kende het gerechtshof in Amsterdam Krekar een schadevergoeding toe, omdat hij enkele maanden lang ten onrechte in het huis van bewaring in Vught heeft gezeten op verdenking van heroïnehandel. Hij was op Schiphol op verzoek van de Jordaanse autoriteiten gearresteerd tijdens een tussenstop.