Politieke druk op werk onderzoeksinstituut
Er is politieke druk uitgeoefend op het werk van het Wetenschappelijk Onderzoeks- en Documentatiecentrum (WODC). Dat heeft Nieuwsuur aan het licht gebracht. Het WODC doet in opdracht van het ministerie van Justitie en Veiligheid onder meer onderzoek naar het drugsbeleid van de regering. De rapportages van het instituut, dat onafhankelijk hoort te zijn, gelden als gezaghebbend.
Tweede Kamerleden zijn bezorgd en willen uitleg van minister Ferd Grapperhaus van Justitie en Veiligheid. SP-Kamerlid Michiel van Nispen spreekt van een „enorme doodzonde”. Maarten Groothuizen (D66) wijst erop dat de rapporten van het WODC alleen waarde hebben als het echt om objectief onderzoek gaat. „Als het wordt voorgekookt door het ministerie, dan hebben we daar als Kamer niets aan”.
Grapperhaus zelf gaf in Nieuwsuur toe dat „dit niet zo had mogen gebeuren”. Volgens Grapperhaus is het protocol inmiddels aangescherpt. Hij gaat extern laten onderzoeken of de regels inmiddels goed worden nageleefd. Grapperhaus wil er onder zijn verantwoordelijkheid voor zorgen dat het niet meer gebeurt.
De zaak waarover Nieuwsuur bericht is aan het rollen gekomen door een klokkenluidster. Zij had zich onder meer beklaagd over beïnvloeding van het onderzoek naar het drugsbeleid van de regering. Er is volgens haar door topambtenaren druk uitgeoefend om uitkomsten politiek goed te laten uitkomen. Zo werden onderzoeksvragen en conclusies aangepast.
Bij een onderzoek naar de legalisering van de wietteelt wilde het ministerie per se dat de uitkomst was dat legalisering niet haalbaar was.
Hoewel de klokkenluidster, een onderzoekster die jarenlang bij het WODC heeft gewerkt, zich niet gehoord voelde door het ministerie, noemde Grapperhaus het „heel moedig” dat ze de misstanden aan de orde heeft gesteld.
Volgens Grapperhaus (CDA) speelde de kwestie enkele jaren geleden en zou die in de tussentijd zijn afgehandeld. Beïnvloeding van de WODC-rapporten is nooit aan de Tweede Kamer gemeld.