Meer grote, maar ook meer kleine klassen
De afgelopen jaren is het aantal grote basisschoolklassen toegenomen, waardoor in 35 procent van alle groepen 26 of meer kinderen zitten. Dit blijkt uit cijfers die het AD in handen heeft gekregen na een beroep op de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB). Tegelijk blijkt uit de cijfers dat kleine klassen kleiner zijn geworden, waardoor het gemiddelde aantal van 23 kinderen per klas gelijk is gebleven.
Een woordvoerder van het ministerie van Onderwijs zegt dat scholen vaker kiezen voor innovatieve lesmethodes „waarbij bewust de traditionele klas wordt losgelaten en er grotere groepen ontstaan met meer handen in de klas”. Ouderorganisatie Ouders & Onderwijs krijgt bezorgde telefoontje van ouders. „Samengevat vinden ouders de klassen te druk en vrezen dat hun kind niet genoeg aandacht krijgt”, aldus directeur Peter Hulsen tegen de krant.