De bezuiniging, die de komende jaren oploopt tot 61 miljoen euro, is een gevolg van opstapelende tekorten op de onderwijsbegroting. „Het is onverantwoord dat er nog meer wordt bezuinigd. De bezuiniging overschaduwt bovendien de extra investeringen die het kabinet aankondigde om de salarissen in het primair onderwijs te verhogen en de werkdruk te verlagen”, zegt Rinda den Besten, voorzitter van de werkgeversorganisatie.

Die investeringen zijn volgens haar al onvoldoende om de problemen echt aan te pakken. „Met bezuinigingen hier bovenop geeft het kabinet het onderwijs een trap na”, aldus Den Besten.

Het ministerie van Onderwijs wijst er op dat het kabinet de komende jaren fors investeert in het basisonderwijs. Voor hogere salarissen en het verminderen van de werkdruk loopt dit bedrag op tot 720 miljoen euro. „Tegelijk moeten we kritisch blijven kijken naar hoe we het beschikbare geld besteden”, zegt een woordvoerder. „De efficiëntiekorting loopt in stapjes op. Het primaire proces wordt hierbij ontzien. Het bedrag van 61 miljoen waar de PO-raad het over heeft wordt bereikt in 2021 als ook de in investeringen op het hoogtepunt zijn. Per saldo komt er dus heel veel geld bij.”