Bot positief over missie Sudan
Nederland heeft „een positieve grondhouding” tegenover een eventuele VN-vredesmissie in Sudan. Dat heeft minister Bot van Buitenlandse Zaken donderdag gezegd in de Tweede Kamer.
Het kan echter nog wel een paar maanden duren voordat er binnen de VN overeenstemming is over een vredesmissie en VN-chef Kofi Annan landen gaat vragen deel te nemen. In het Oost-Afrikaanse land woedt sinds tientallen jaren een gewelddadige oorlog tussen de islamitische regering in het noorden van het land en de niet-islamitische, zwart-Afrikaanse Sudanezen in het zuiden. Onlangs werd er een vredesakkoord getekend.
Vorig jaar ontstond er echter een conflict in de West-Sudanese regio Darfur toen rebellen de wapens opnamen tegen het regeringsleger. Die strijd heeft inmiddels meer dan 10.000 mensen het leven gekost. In Darfur zijn vele tienduizenden mensen op de vlucht geslagen, voor een deel naar buurland Tsjaad. Voor duizenden mensen dreigt de hongerdood.
Het Nederlandse Rode Kruis maakte donderdag bekend 500.000 euro bij te dragen aan noodhulp voor Sudan. Ook heeft de instantie een gironummer geopend waarop mensen geld voor de vluchtelingen kunnen storten.
Nederland wil in de eerste plaats de Sudanese regering onder druk zetten en het aanstaande EU-voorzitterschap aanwenden om de internationale betrokkenheid bij Sudan te vergroten. Minister Van Ardenne van Ontwikkelingssamenwerking betreurt het dat vanuit de Verenigde Naties „too little, too late” (te weinig, te laat) actie is ondernomen. Van Ardenne zei donderdag dat „Nederland al maanden geleden aan de bel heeft getrokken.”
Bot en Van Ardenne spraken hun zorg uit over de geringe bereidheid tot samenwerking bij de Sudanese regering. „De regering in Sudan is buitengewoon gevoelig voor kritiek van buitenaf”, aldus Van Ardenne. Bot zei dat de regering in Khartoem de situatie „bagatelliseert.” Bovendien krijgen VN-waarnemers moeilijk toegang tot probleemgebieden en zijn ze na kritische uitspraken over de situatie in het land direct uitgezet.
Van Ardenne maakte vorige week bekend dat zij 5 miljoen euro extra ter beschikking stelt voor humanitaire hulp in Sudan, boven op de 8,3 miljoen die ze al eerder gaf. „Nederland draagt royaal bij aan de hulpverlening in Sudan, zeker in vergelijking met landen zoals Frankrijk en Duitsland”, aldus de minister. Daarnaast steunt Nederland de waarnemingsmissie onder leiding van de Afrikaanse Unie door waarnemers te leveren.
Het Rode Kruis heeft samen met regionale zusterorganisaties een hulpproject opgezet in Darfur en Tsjaad. Het voorziet in water- en sanitaire voorzieningen, onderdak, kleding en voedsel en het herstel van familiecontacten van de vluchtelingen. Het internationale Rode Kruis geeft ook medische ondersteuning aan vier ziekenhuizen en twaalf gezondheidscentra. Van de schenking van de Nederlandse tak van de organisatie worden 145.000 kledingstukken voor kinderen en 500 familietenten gekocht.
De Nederlandse Stichting Vluchteling heeft twee medewerkers naar Tsjaad gestuurd die bij de grens met Sudan de noden van de vluchtelingen gaan onderzoeken om gerichte noodhulp te kunnen bieden. De organisatie heeft 350.000 euro uitgetrokken voor die hulp. Daarvan worden onder andere tenten, dekens, muskietennetten en kookgerei gekocht. De Stichting Vluchteling is een samenwerkingsverband van kerken, maatschappelijke instellingen en hulporganisaties die zich inzetten voor vluchtelingen in de derde wereld en Oost-Europa.