Kerk & religie

Nederlandse politiek vaak blind voor religie

Politiek en overheid in Nederland weten nauwelijks raad met kerk en religie. Schrijnend voorbeeld is de weigering om de kerken een publieke rol laten vervullen tijdens de herdenking van de ramp met vlucht MH17 in juli.

Van onze verslaggever
28 October 2017 10:16Gewijzigd op 16 November 2020 11:48
De historische Kloosterkerk in Den Haag was het decor van een debat over de plaats van religie in het publieke domein.  beeld RD, Anton Dommerholt
De historische Kloosterkerk in Den Haag was het decor van een debat over de plaats van religie in het publieke domein.  beeld RD, Anton Dommerholt

Dat kwam naar voren tijdens een debatmiddag vrijdag in de Haagse Kloosterkerk over religie in het publieke domein. De aanleiding was niet alleen 500 jaar Reformatie maar ook dat 400 jaar geleden –juli 1617– prins Maurits met groot gevolg een kerkdienst in de Kloosterkerk bezocht. Daarmee zette hij als aanhanger van de contraremonstranten het debat met de remonstranten, in het bijzonder met Johan van Oldenbarnevelt, op scherp.

Het godsdienstconflict had vergaande politieke consequenties. In de 400 jaren die volgden, is er veel veranderd. Maar de vraag blijft: hoeveel ruimte laten religie en politiek elkaar?

Als politici vinden dat religie een positieve rol in de verbinding in de samenleving kan vervullen, is het goed dat ze zelf duidelijk uitkomen voor hun religieuze overtuiging, vond prof. dr. Rik Torfs (KU Leuven). „Het is zelfs een verademing om te horen: dit is mijn religie, mijn startpunt.”

Hij stelde dat de vaak voorkomende gedachte dat „religie thuis in de privésfeer hoort”, klopt als het gaat om ieders vrije keuze, maar niet opgaat wanneer een religieuze overtuiging tot bepaalde maatschappelijke en ethische keuzes leidt.

Er is volgens Torfs in Europa toch nog heel veel ruimte voor vrijheid van godsdienst. De overheid kan volgens hem een religieuze politiek voeren, onder meer via subsidies en fiscale vrijstellingen. Maar het respecteren van de godsdienstvrijheid blijft altijd de ondergrens.

Jaap Smit, commissaris van de Koning in Zuid-Holland en voorzitter van het CIO (contactorgaan van de kerken met de overheid) en zelf bevoegd predikant, stelde dat kennis over kerk en religie bij Nederlandse politici niet bepaald tot hun basispakket behoort. Vaak wordt in karikaturen over religie gesproken als iets achterhaalds, engs, wat zo snel mogelijk uitgebannen moet worden.

Vrijheid is niet het hoogste recht, waaraan alles onderworpen moet worden. Vrijheid kent morele grenzen die niet schriftelijk vast te leggen zijn. „Je kunt niet je eigen goddelijke gang gaan in de moderne rechtsstaat.”

Smit constateerde bij overheidspersonen gebrek aan respect voor kerkgenootschappen. „Mensen begrijpen niet waar je het over hebt. Dat leidt tot bizarre discussies met ambtenaren en maakt het functioneren van de kerkgenootschappen moeilijk.”

CDA-fractievoorzitter Van Haersma Buma merkte op dat de liberale visie in deze tijd vooral geënt is op de jaren zestig, „heel individualistisch, los van de verstikkende band van de kerk van de jaren vijftig. Vrijheid is er echter om het goede te doen, verantwoordelijk te zijn voor de ander in plaats van lekker te doen wat ik wil.”

Dr. R. de Reuver, scriba van de Protestantse Kerk in Nederland, stelde dat een plurale samenleving alleen kan bestaan als mensen voor hun eigen identiteit opkomen. „Ergens voor staan, dat geeft kleur aan de samenleving.”

Debatleider en oud-minister Wim Deetman: „Als het debat over religie en waarden stokt in de politiek, is het dan tijd voor de kerken om in te springen?”

Van Haersma Buma zei dat de scheiding tussen kerk en staat vaak verkeerd wordt geïnterpreteerd. „Kerken zijn nodig, om te geven wat de overheid nooit kan, namelijk troost en hoop.” Hij verwees naar de herdenking van de slachtoffers van vlucht MH17, in een neutrale hal. „Het was een bijeenkomst ontdaan van waarden, zonder dat kerken daarin gelegenheid kregen om het troostverhaal te vertellen.”

Smit, ook lid van de adviesraad van de herdenkingscommissie van de MH17, sprak bij die gelegenheid de Duitse en de Engelse ambassadeurs. „Ik heb tegen hen gezegd: Wat is er mis met ons land? Als jullie zoiets meemaken in jullie eigen land, zitten jullie in een kerk en wordt een mis opgedragen.”

Smit zei dat hij bij het nationaal comité tevergeefs een gevecht heeft moeten leveren om het Onze Vader uit te spreken, want het mocht niet op een kerkdienst lijken. „Uiteindelijk mocht het wel in het Indonesisch, want dat klonk zo leuk.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer