Verzoek openheid verslagen MH17 afgewezen
Verslagen van vergaderingen van het ministeriële crisisteam over de ramp met de MH17 hoeven niet openbaar gemaakt te worden. Verzoeken van NOS, RTL Nieuws en de Volkskrant om verstrekking van alle relevante documenten zijn woensdag afgewezen door de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
De betrokken media hadden de minister van Veiligheid en Justitie inzage gevraagd in alle verslagen van de zogenoemde Ministeriële Commissie Crisisbeheersing (MCCb) en enkele passages van verslagen van de ambtelijke Interdepartementale Commissie Crisisbeheersing (ICCb).
Volgens de Raad van State geldt voor de ministeriële commissie hetzelfde geheimhoudingsregime als voor de ministerraad. Zij besluit over de aanpak van crises waarbij de nationale veiligheid in het geding is. Blijkens de uitspraak heeft de Staat „er groot belang bij dat ministers en de overige aanwezigen bij vergaderingen van de MCCb, evenzeer als deelnemers aan de ministerraad, onbelemmerd met elkaar kunnen spreken”. Het is „aannemelijk dat openbaarmaking van de verslagen ertoe leidt dat het goed functioneren van de MCCb in het gedrag komt”, vindt de Raad van State.
Volgens het rechtscollege weegt het belang van openbaarheid niet op tegen andere belangen, zoals de betrekkingen van Nederland met andere staten en internationale organisaties, maar ook bescherming van de persoonlijke levenssfeer en beleidsopvattingen van betrokkenen. Een eerdere uitspraak van een lagere rechtbank is daarmee vernietigd.
De ministeriële commissie, belast met de coördinatie van crisisbeheersing, kwam meteen bijeen nadat vlucht MH17 van Malaysia Airlines in juli 2014 boven het oosten van Oekraïne was neergestort.
Eerder werd al een deel van de gevraagde documenten openbaar gemaakt.
Adjunct-hoofdredacteur Pieter Klein van RTL Nieuws noemt op Twitter de uitspraak „zeer teleurstellend”. „Verdorie. Procedure @NOS@volkskrant@RTLnieuws inzake #MH17 verloren. #wob.”
De betrokken media voerden bij de Raad van State aan dat hun recht op inlichtingen van de overheid is geschaad. De Afdeling bestuursrechtspraak vindt dat de betrokken media „niet op onrechtmatige wijze zijn belemmerd”.