Een beetje spannend is het natuurlijk wel. Heb je als onderhandelaar maandenlang geploeterd op een regeerakkoord, ben je zelf erg tevreden, maar hoe zou je eigen achterban er nu tegenaan kijken? CDA-leider Buma was donderdagavond in de gelegenheid dat te testen. In een zaaltje in Leiden, gevuld met voornamelijk Zuid-Hollandse christendemocraten, lichtte hij het akkoord, en de totstandkoming ervan, toe.

Nee, iedereen tevreden stellen lukt niet, weet Buma. Zo maakte de bekende rabbijn Lody van de Kamp deze week bekend dat hij na twintig jaar zijn lidmaatschap van het CDA opzegt. Hij kan zich, zegt hij, niet vinden in de trots die Buma voelt bij het nu gesloten regeerakkoord. En hij heeft er grote moeite mee dat het CDA moslims steeds meer uitsluit van de Nederlandse samenleving en kritisch is op vluchtelingen.

Maar dergelijke teleurgestelde partijleden kwam Buma donderdagavond, in Leiden, niet tegen. Daar was het een en al enthousiasme voor „het groenste regeerakkoord ooit”, en voor de „fantastische inspanningen” die Buma en zijn medeonderhandelaar Heerma daarvoor hebben geleverd.



Zeker, er kwamen enkele kritische vragen. Bijvoorbeeld over de verhoging van de btw („Niet gunstig voor ons, tuinders in het Westland”) en de bezuinigingen op de wijkverpleging. Maar de partijleider sloeg zich er met gemak doorheen. Jawel, hier wordt op bezuinigd. „Maar we zorgen er ook voor dat in de WMO wordt vastgelegd dat er, landelijk gezien, een vast uurtarief komt. En we geven juist extra steun aan mantelzorgers.”



De bijeenkomst gaf Buma in elk geval de gelegenheid nog eens goed uit te leggen waarom hij zelf in de Kamer blijft. „Wij hebben geleerd van het verleden. Toen klonk het in onze partij vaak, op momenten dat we konden gaan regeren: „Iedereen naar het kabinet! Nu gaan wij Nederland regeren, en verder alsjeblieft niet meer zeuren.” Maar de tijden zijn veranderd. In onze tijd moet een politiek leider van het CDA het kabinet controleren, en waar nodig corrigeren en stimuleren.”