Celstraffen geëist voor „plofkrakers”
Als het aan het Openbaar Ministerie (OM) ligt, gaan vier mannen die september vorig jaar een gewelddadige plofkraak in het Gelderse Twello zouden hebben gepleegd, drie tot vier jaar de cel in. Met die eis kwam het OM dinsdag voor de rechtbank in Almelo.
De vijfde verdachte gaat wat het OM betreft vrijuit: hij was niet bij de plofkraak aanwezig en of hij verder nog een rol speelde bleef onduidelijk.
Bij de plofkraak, die 23 september omstreeks 04.00 uur plaatsvond, zijn zware explosieven gebruikt. De complete pui van de Rabobank en twee geldautomaten werden opgeblazen, brokstukken kwamen tientallen meters verder terecht en het hele dorp schrok op uit de slaap.
Nog dezelfde ochtend werden de vijf opgepakt in het huis van een van hen in Twello. Daar trof de politie een zak met 200.000 euro aan contant geld aan plus enkele geldcassettes.
Zo hard als de knal van de explosie was, zo stil was het in de rechtszaal toen de rechters vragen stelden aan de verdachten. Vier van hen beriepen zich op hun zwijgrecht. Eerder ontkenden verdachten iets met de plofkraak te maken te hebben.
Het OM vindt dat camerabeelden, getuigenverklaringen, dna-sporen en eerdere observaties van de politie voldoende bewijs leveren. De politie had enkele verdachten de dag voor de explosie gevolgd. Het vermoeden bestond dat ze bij eerdere plofkraken in onder meer Enschede betrokken waren en mogelijk een nieuwe kraak beraamden. Het OM ontkent stellig dat de politie de plofkraak in Twello had kunnen voorkomen.
De plofkraak in Twello was de eerste in ons land waarbij extreem zware explosieven werden gebruikt. Voorheen werden dergelijke kraken uitgevoerd met behulp van gas, maar midden vorig jaar troffen de banken maatregelen waardoor dat niet meer effectief was. Een van de verdachten van de plofkraak in Twello zou de explosieven in elkaar hebben gezet met kunstmest. Hij en een andere verdachte zijn in het verleden ook al eens veroordeeld voor onder meer plofkraken.