Homeopathisch arts: Zoveelste storm over ons hoofd
Hij reageert tamelijk laconiek op het negatieve advies over homeopathie van de Europese wetenschapsraad Easac dat woensdag openbaar werd. „Het is de zoveelste storm die in de afgelopen 200 jaar over ons hoofd is gegaan. Maar het is tot nu toe niet gelukt om ons de das om te doen.”
Aan het woord is Frans Kusse, homeopathisch arts in Amsterdam en bestuurslid van de Artsen Vereniging Integrale Geneeskunde (AVIG). Het advies kwam voor de homeopathisch artsen als een volslagen verrassing uit de lucht vallen. „Contact is er met ons niet geweest, ook niet op Europees niveau, terwijl we ook wetenschappers in onze gelederen hebben.”
Kusse kan niet meegaan in de conclusies en aanbevelingen die de Easac doet. „Ze baseren zich op wetenschappelijk onderzoek, maar ze hebben selectief gewinkeld in de beschikbare studies.”
De conclusie van de eerste vier meta-analyses die er gedaan zijn naar alle dubbelblinde, gerandomiseerde onderzoeken –zogeheten RCT’s– waren positief, aldus Kusse. Een studie van eigen bodem was die van de Maastrichtse epidemiologen Jos Kleijnen en Paul Knipschild uit 1991. „Zij publiceerden de uitkomsten van hun onderzoek in de British Medical Journal en waren zelf verbaasd over de positieve resultaten, al gaven ze toe dat die toen nog onvoldoende waren om definitieve conclusies te trekken.”
Hoge kwaliteit
Kusse wijst vervolgens op een analyse van 180 studies die de Duitse arts-onderzoeker Klaus Linde in 1997 publiceerde in het medische tijdschrift The Lancet. „De bekende en gerespecteerde epidemioloog Jan Vandenbroucke uit Leiden wees op de hoge kwaliteit van dit onderzoek tijdens zijn jubileumlezing in 1998.”
Linde concludeerde dat de bewering dat homeopathie niet beter werkt dan een neppil –zoals de Easac nu ook weer stelt– onverenigbaar is met de uitkomsten van zijn onderzoek. Tegelijk tekende hij er eerlijk bij aan dat dit nog niets zegt over de werkzaamheid van een specifiek homeopathisch geneesmiddel bij een bepaalde aandoening. Daarvoor was volgens hem verder onderzoek nodig.
Kusse: „Die positieve studies noemt de Easac dus niet. Wel een analyse van Ajjin Shang en Matthias Egger die in 2005 in The Lancet werd gepubliceerd waarin met vrijwel dezelfde gegevens die Linde gebruikte allerlei kunstgrepen werden uitgehaald. Dat mondde uit in de conclusie dat het bewijs voor reguliere therapie sterk was en voor homeopathie zwak. Later bleek dat ze een selectie hadden gemaakt van slechts 8 van de 110 homeopathische onderzoeken en 6 van de 110 reguliere onderzoeken. Vier sterke studies naar homeopathie hadden zij om onduidelijke redenen weggelaten.”
Schadelijk
De Easac stelt volgens Kusse „zonder onderbouwing” dat homeopathie schadelijk kan zijn. „Dat is natuurlijk onzin. Alle onderzoeken wijzen uit dat homeopathie –bij oordeelkundig gebruik– veilig is en in principe –door de wijze van bereiden waarbij het middel verdund en geschud wordt– geen bijwerkingen heeft. Zelfs een bekende tegenstander van homeopathie, Edzard Ernst, vond in de wereldliteratuur over 34 jaar slechts vier sterfgevallen die mogelijk met homeopathie te maken konden hebben. Volgens de Europese Medicijnen Autoriteit overlijden in de EU jaarlijks ongeveer 200.000 mensen aan bijwerkingen van reguliere middelen.”
Dat mensen door homeopathie zouden worden afgehouden van het gebruik van bewezen werkzame reguliere middelen, gaat er bij Kusse ook niet in. „Dat heeft niets met homeopathie te maken. Als artsen patiënten een noodzakelijke behandeling onthouden, is dat gewoon slechte geneeskunde.”
Het gaat volgens Kusse vaak om mensen met chronische aandoeningen die oplossingen voor hun kwaal zoeken buiten het reguliere circuit. „Homeopathie is dan een van de opties. Homeopathische artsen richten zich op wat wij het zelfherstellend vermogen van het lichaam noemen. Dat willen we stimuleren om zo een verbetering van de gezondheid te bereiken. Dat had Abraham Kuyper, een voorstander van homeopathie, destijds al goed begrepen.”