Hij bevestigt een bericht in het AD dat vier hondengeleiders uit de regio Midden-Nederland nu bezwaarprocedures hebben aangespannen vanwege het wegbezuinigen van de dienstauto’s. Zij worden daarin gesteund door de politiebonden. „We hebben zo vaak maar tevergeefs geprobeerd het op te lossen met een goed gesprek. We gaan nu eens kijken wat de rechter ervan vindt.”

Volgens Struijs hebben zich zowel een groot aantal hondengeleiders als agenten bij de bond gemeld. De klachten komen vanuit het hele land, maar vooral in Noord-Nederland zijn de problemen groot, zegt hij. „Uit Amsterdam komen er ook wel klachten, maar minder. Daar is het geografische gebied kleiner.”

In plaats dat ze voor de deur of dicht in de buurt met de hond in hun dienstauto kunnen stappen, moeten de hondengeleiders nu eerst naar een opstapplaats om de dienstauto en de hond op te halen. Die opstapplaatsen zijn volgens Struijs nu te ver weg.

De problemen doen zich vooral voor op het vlak van de-escalatie, zegt Struijs. „Een hond voorkomt een hoop. We merken letterlijk dat één hond honderd man in bedwang kan houden.” Ook rechercheurs moeten nu vaak langer wachten voordat speurhonden er zijn. „Hoe eerder je ergens bent om te speuren, hoe beter. Maar tot nu toe is hier alleen sprake van tijdsverlies.”

Een woordvoerder van de korpsleiding laat weten zich niet te herkennen in het verhaal. „Wij hebben geen signalen dat er onvoldoende dekking is en er is geen sprake van meer reisbewegingen. We snappen dat mensen het vervelend vinden dat ze geen dienstauto meer kunnen gebruiken voor het woon-werkverkeer, maar dat verandert niets aan de opkomst. Diensten worden gedraaid volgens een schema en de werkzaamheden vangen aan op het bureau.”