Prof. Moehn spreekt voor GB-studenten over het Schriftgezag in de preken van Calvijn
Dicht bij de tekst van de Bijbel blijven en de gemeente voeden vanuit het Woord. Twee kenmerken van de preken van Johannes Calvijn. Tijdens de laatste dag van de studieweek die de Gereformeerde Bond belegde voor theologiestudenten sprak prof. dr. W. H. Th. Moehn over het functioneren van het Schriftgezag in de prediking van deze kerkhervormer.
In de Grote Zaal van conferentieoord Mennorode in Elspeet bogen zo’n dertig studenten zich gisteren met de hoogleraar geschiedenis gereformeerd protestantisme vanwege de Gereformeerde Bond over verschillende tekstfragmenten waarin Calvijn iets zegt over de prediking. Een homiletiek, een studie over hoe te preken, heeft de reformator nooit geschreven. Prof. Moehn: „Calvijn problematiseert het Schriftgezag in zijn preken niet, hij poneert de Schrift eenvoudigweg als het gezaghebbende Woord van God.”
De meeste preken die de reformator in Genève hield zijn overigens bewaard gebleven dankzij het werk van een snelschrijver. De teksten werden vervolgens gedrukt en verspreid. Echter, Calvijn benadrukte dat zijn preken niet bedoeld waren om te verspreiden, maar dat ze betrekking hadden op de context van de gemeente in Genève. „Hier kunnen we vandaag de dag nog wel eens over stoeien, gezien alle preken die op het internet circuleren”, aldus prof. Moehn.
Calvijns preken zijn duidelijk gestempeld door de „retorische cultuur van het renaissance-humanisme en door zijn verhouding tot de homiletische erfenis van de vroege kerkvader Johannes Chrysostomus.” Werd de klassieke leer van de welsprekendheid opgedeeld in drie genres, reformator Melanchton voegde daar een vierde aan toe: het genus didascalicum, het onderwijzende genre. „Om die reden worden de preken van Calvijn nogal eens leerstellig en docerend genoemd.”
Meer dan de welsprekendheid gaat het volgens Calvijn echter om de levenswandel van een prediker. „Anders komt de boodschap niet over”, benadrukte prof. Moehn. „Verder krijgt de predikant bij Calvijn geen kans om op een voetstuk terecht te komen. Hij staat weliswaar op de preekstoel, maar dat is functioneel, zeker in de dagen van Calvijn toen er nog geen technische geluidsversterking was. Met Paulus wil Calvijn niet dat er een voorstelling gemaakt wordt van de preek, maar de prediker moet bij zichzelf beginnen en proberen zo de hele kudde te brengen tot de gehoorzaamheid aan God. Evenals Luther stelt Calvijn dat er geen onderscheid is tussen geestelijken en leken.”
Als Calvijn zegt dat je niet iets nieuws naar voren mag brengen, mag je als predikant dan wel vernieuwend proberen te zijn in je preken? vraagt een van de studenten zich af. Prof. Moehn: „Het gaat Calvijn om de eenheid in de boodschap. Denk aan de zorgen die hij had over de dopers die zich in zijn dagen beriepen op een directe inspraak van de Geest. Tegen hen zegt hij: Je bent gebonden aan het Woord.”
Een ander student vertelt onlangs gepreekt te hebben over de tekst „Want u bent allen kinderen van God” (Galaten 3:26). „Hoe zou Calvijn daarover preken?” Prof. Moehn: „Calvijn is weleens verweten geen bevindelijke prediker te zijn. Hij zou te objectief preken. De gemeenteleden zijn bij hem gelovigen, aanspreekbaar op hun belijdenis. Denk je echter in dat hij in een stadstaat leefde waar hij preekte voor een bepaald publiek: allemaal belijdende protestanten. Toch roept hij herhaaldelijk op tot het breken met concrete zonden.”
Of de hoogleraar net zo objectief preekt als Calvijn? De zaal lacht. „Ja, ik wil de belijdenis heel serieus nemen. Tegelijk komen er in mijn gemeente in Hilversum ook mensen aanwaaien die niet bekend zijn met het Evangelie. Daar moet ik ook oog voor hebben. Ik kan er bijvoorbeeld niet van uitgaan dat iedereen gedoopt is. Maar Calvijn is dus ook voortdurend bezig met zijn hoorders, met hun levensstijl. En hij spitst zijn boodschap daar op toe.”
’s Middags sprak ds. L. de Wit uit Putten aan de hand van diverse casussen uit de praktijk over Schriftgezag in pastorale situaties. Tijdens het avondprogramma verzorgde prof. dr. J. Hoek uit Veenendaal een Encouragement (bemoediging). Voor het vierde jaar op rij waren emeritus predikant ds. D. C. Floor uit Ede en zijn vrouw gastheer en gastvrouw tijdens de studieweek.